Opmerking: Wanneer u de apparaatdeur opent tijdens
het gebruik, wordt de werking stopgezet. Als u de ap-
paraatdeur sluit, moet u de werking voortzetten. Heeft u
de basisinstelling hiervoor gewijzigd, zorg er dan voor
dat de magnetron niet verder loopt terwijl hij leeg is.
→ "Basisinstellingen", Pagina 22
Magnetronvermogen wijzigen
U kunt het magnetronvermogen te allen tijde wijzigen.
Op het display op
1.
Op het magnetronvermogen
2.
Het magnetronvermogen met de instelring wijzigen.
3.
Om de wijziging te bevestigen, op het display op
4.
drukken.
a De wijziging wordt overgenomen.
Tijdsduur wijzigen
U kunt de tijdsduur altijd wijzigen.
1.
Op het display op
Op de tijdsduur
drukken.
2.
De tijdsduur met de instelring wijzigen.
3.
Om de wijziging te bevestigen, op het display op
4.
drukken.
a De wijziging wordt overgenomen.
11.4 Magnetron bijschakelen instellen
Opmerking:
Zorg voor de juiste omgang met de magnetron:
¡ → "Veiligheid", Pagina 2
¡ → "Materiële schade vermijden", Pagina 7
¡ → "Magnetronvermogen", Pagina 12
¡ → "Vormen en accessoires met magnetron",
Pagina 17
Ventilatiefunctie "Knapperig laagje"
12 Ventilatiefunctie "Knapperig laagje"
-
-
j
"
a
g
r
-
c
i
n
u
f
e
t
-
e
a
t
i
i
l
-
a
"
-
K
e
i
De ventilatiefunctie "Knapperig laagje"
a
t
p
n
-
V
p
e
-
n
l
e
g
uit de binnenruimte, zodat uw gerecht knapperig wordt.
De hoeveelheid hete stoom welke kan ontspannen bij
het openen van de deur, wordt gereduceerd.
12.1 Geschikte verwarmingsmethoden met
ventilatiefunctie
Voor de ventilatiefunctie zijn alleen bepaalde verwar-
mingsmethoden geschikt.
Bij de volgende verwarmingsmethoden kunt u de
ventilatiefunctie gebruiken:
¡ 4D hetelucht
¡ Boven- en onderwarmte
¡ Circulatiegrillen
¡ Pizzastand
12.2 Ventilatiefunctie instellen
U kunt de ventilatiefunctie te allen tijde bijschakelen,
ook na aanvang van de werking.
drukken.
drukken.
drukken.
onttrekt vocht
Ventilatiefunctie "Knapperig laagje" nl
Vereiste: Let op de informatie bij de betreffende func-
tie.
→ "Instelmogelijkheden met magnetron", Pagina 18
In het menu op de gewenste functie drukken.
1.
De instellingen voor de functie invoeren, bijv. ver-
2.
warmingsmethode en temperatuur.
3.
Op
"Bijgeschakelde magnetron" drukken.
Het magnetronvermogen met de instelring instellen.
4.
Om het ingestelde magnetronvermogen te bevesti-
5.
gen, op het display op
Op
"Tijdsduur" drukken en de tijdsduur instellen.
6.
Start de werking met
7.
a Het apparaat begint op te warmen en de tijdsduur
loopt af.
a Wanneer de tijdsduur is verstreken, klinkt er een ge-
luidssignaal. Op het display verschijnt een aanwij-
zing dat de werking is beëindigd.
Wanneer de tijdsduur is verstreken:
8.
Indien nodig kunt u verdere instellingen invoeren
‒
en de werking opnieuw starten.
Schakel het apparaat uit met
‒
recht klaar is.
Bijgeschakelde magnetron wijzigen
U kunt de bijgeschakelde magnetron altijd wijzigen of
deactiveren.
Op het display op
1.
Op het magnetronvermogen
2.
De bijgeschakelde magnetron met de instelring wij-
3.
zigen of deactiveren.
Om de wijziging te bevestigen, op het display op
4.
drukken.
a De wijziging wordt overgenomen.
Stel een geschikte verwarmingsmethode en tempe-
1.
ratuur in.
Indien nodig kunt u meer instellingen invoeren en
met de ventilatiefunctie combineren.
Op
"Knapperig laagje" drukken.
2.
a Het symbool
is rood verlicht.
3.
Start de werking met
a Het apparaat begint op te warmen.
a Het display geeft de instelwaarden weer.
Schakel het apparaat uit met
4.
klaar is.
Opmerking: Tijdens de werking kunnen luidere ventilat-
orgeluiden hoorbaar zijn.
Ventilatiefunctie annuleren
U kunt de ventilatiefunctie te allen tijde uitschakelen.
Op het display op
1.
Druk op
"Knapperig laagje".
2.
a Het symbool
wisselt weer naar wit.
a De werking wordt zonder ventilatiefunctie voortge-
zet.
drukken.
.
wanneer het ge-
drukken.
drukken.
.
wanneer het gerecht
drukken.
19