Een bepaalde track opnemen
Deze handeling is met name handig wanneer u de
aanvullende performances bij een eerder opgenomen
song wilt opnemen.
1
Druk op de knop [SONG] en selecteer de
gewenste gebruikerssong (101 t/m 110)
als opnamedoel.
2
Houd de knop [REC] ingedrukt terwijl
u op de gewenste trackknop drukt om
de modus Record Ready te activeren.
Als u alleen de melodie wilt opnemen:
Houd de knop [REC] ingedrukt terwijl u op een
van de knoppen [1] t/m [5] drukt.
Drukken en
vasthouden
User 1
rEC
Als u alleen het afspelen van de stijl wilt
opnemen:
Druk op de knop [STYLE], selecteer de
gewenste stijl en druk vervolgens tegelijkertijd
op de knop [REC] en de knop [6/A]. ACMP
wordt automatisch ingeschakeld.
Indrukken en
vasthouden
User 1
rEC
User 1
101
Songnummer
001
Track 1
knippert
001
Uw performance opnemen
Als u alleen het afspelen van het
patroon wilt opnemen:
Druk op de knop [PATTERN] en selecteer
vervolgens het gewenste patroon. Houd de
knop [REC] ingedrukt en druk op de knop
[6/A]. ACMP wordt automatisch ingeschakeld.
Indrukken en
vasthouden
User 1
rEC
3
Zie de stappen 4 t/m 6 in (pagina 28)
Quick Recording.
OPMERKING
• Als het geheugen tijdens de opname vol raakt,
verschijnt een waarschuwing en wordt de opname
automatisch gestopt. Verwijder in dat geval overbodige
data met de Clear-functies (pagina 30) en voer de
opname vervolgens opnieuw uit.
Beperkingen tijdens het opnemen
• De status Aan/Uit kan niet worden gewijzigd.
• Het afspelen kan niet worden gewisseld tussen
Stijl en Patroon.
• Het patroonnummer kan wel worden gewijzigd,
het stijlnummer niet.
• Wanneer u een stijl/patroon gebruikt, kunnen
de volgende parameters niet worden gewijzigd:
Reverb Type, Chorus Type, Time Signature,
Style number en Style/Pattern Volume.
• Performance met een splitvoice kan niet worden
opgenomen.
PSR-E433 Gebruikershandleiding
001
29