[Auto IP]
Stel gewoonlijk in op [Aan]. IP-adressen die zijn toegewezen met behulp van DHCP, hebben voorrang,
maar als er geen response van DHCP komt, wordt Auto IP gebruikt.
3
Selecteer [<Toepassen>] en druk op
4
Start het apparaat opnieuw op.
➠
De instellingen worden toegepast.
Verricht een verbindingstest om te controleren of het IPv4-adres juist is ingesteld.
en instellingen controleren(P. 94)
Het momenteel ingestelde IP-adres controleren
●
Op het scherm in stap 3 selecteert u [Controleer instellingen] en drukt u op
adresinstelling te controleren. Als het IP-adres wordt weergegeven als '0.0.0.0', is het niet goed ingesteld.
Als het IP-adres wordt veranderd na het installeren van het printerstuurprogramma
●
U moet een nieuwe poort toevoegen in Windows.
- Als u een MFNP-poort gebruikt, wordt de verbinding gehandhaafd op voorwaarde dat het apparaat en de
computer nog steeds deel uitmaken van hetzelfde subnet. Daarom is er op de computer geen actie nodig.
- Als u een standaard TCP/IP poort gebruikt, moet u een nieuwe poort toevoegen.
toevoegen(P. 202)
Als u niet weet welke poort u gebruikt, raadpleeg dan:
De printerpoort bekijken(P. 674)
●
In macOS moet u het apparaat opnieuw op de Mac registreren. Voor details over het registreren van het
apparaat raadpleegt u de stuurprogramma-handleiding op de betreffende website.
https://oip.manual.canon/
* Bij gebruik van DHCP om het IP-adres van het apparaat automatisch te verkrijgen, wordt het IP-adres
misschien automatisch veranderd.
Instellen
.
Start het apparaat opnieuw op(P. 112)
Een printerpoort kiezen (Windows)(P. 202)
78
De netwerkstatus
om de huidige IP-
Een poort