4
Selecteer het formaat van het geplaatste origineel en druk op
➠
Het kopieerscherm verschijnt.
5
Gebruik de nummertoetsen om het gewenste aantal kopieën in te voeren.
6
Configureer de overige kopieerinstellingen naar behoefte.
kopieerfuncties(P. 302)
➠
U kunt de dichtheid, de afbeeldingskwaliteit en andere instellingen aanpassen.
7
Druk op
op het bedieningspaneel.
➠
Het kopiëren wordt gestart.
●
Om het kopiëren te annuleren, drukt u op [<Annuleren>]
annuleren(P. 326)
●
Druk op het bedieningspaneel op
bekijken(P. 223)
Als [Volg. scan: druk Start] wordt weergegeven
Wanneer een origineel op de glasplaat wordt geplaatst en er wordt gekopieerd met 2-zijdig of N op 1
kopiëren, wordt het scherm voor het scannen van het volgende origineel weergegeven.
1
Leg het volgende origineel op de glasplaat en druk op
➠
Het volgende origineel wordt gescand en hetzelfde scherm wordt weergegeven.
Herhaal dit proces tot het scannen van alle originelen is voltooid.
●
U kunt ook op [Densiteit]
origineel te wijzigen.
2
Druk op [<Start kopiëren>] en vervolgens op
➠
De gescande originelen worden afgedrukt.
Kopiëren
om de kopieertaakstatus te bekijken.
op het bedieningspaneel.
en [Type origineel]
.
316
.
Aanvullende
[<Ja>]
.
Kopieerbewerkingen
Afdruktaakstatus en logboek
drukken om de instellingen voor elk