●
Wanneer de AirPrint-functie is ingeschakeld, zijn de volgende netwerkinstellingen ook ingeschakeld:
-
[Gebruik HTTP](P. 457)
-
[Instellingen IPP-afdrukken](P. 457)
-
[mDNS-instellingen](P. 453)
-
[Network Link Scan-instellingen](P. 457)
De functies en beveiliging voor AirPrint instellen
AirPrint gebruikt de volgende protocollen:
●
IPP (afdrukken en faxen verzenden)
●
Network Link Scan (scannen)
Het te gebruiken protocol is afhankelijk van de functie. U kunt de beschikbare functies dus beperken door de
protocollen uit te schakelen. Daarnaast kunt u de instellingen configureren voor het versleutelen van
communicatie met TLS en IPP-verificatie configureren bij het gebruik van een protocol.
Configureer deze instellingen met behulp van Externe UI vanaf een computer. U kunt de instellingen niet kiezen met
behulp van het bedieningspaneel.
Beheerdersrechten zijn vereist.
Vereiste voorbereidingen
●
Wanneer u communicatie met TLS versleutelt, geeft u de sleutel die en het certificaat dat u wilt gebruiken op
voor communicatie met TLS-versleuteling.
1
Meld u in de systeembeheerdersmodus aan bij de Externe UI.
starten(P. 406)
2
Klik op de Portal-pagina van de Externe UI op [Instellingen/registratie].
pagina van Externe UI(P. 408)
3
Klik op [Netwerkinstellingen]
instellingen]
➠
Het scherm [Instellingen IPP-afdrukken bewerken] of het scherm [Network Link Scan-instellingen
bewerken] wordt geopend.
4
De IPP- of Network Link Scan-instellingen configureren.
Te gebruiken functies beperken
Schakel de selectievakjes [Gebruik IPP-afdrukken] of [Network Link Scan gebruiken] uit.
●
Als u het selectievakje [Gebruik IPP-afdrukken] uitschakelt, kan er met AirPrint niet meer worden
afgedrukt en kunnen geen faxen meer worden verzonden.
●
Als u het selectievakje [Network Link Scan gebruiken] uitschakelt, kan er met AirPrint niet meer worden
gescand.
Aan mobiele apparaten koppelen
TLS gebruiken(P. 366)
[Instellingen IPP-afdrukken] of [Network Link Scan-
[Bewerken].
338
Externe UI
Portal-