[Herhaal bij fout]
[Uit]
[Aan]
[Controleer kiestoon voor verzending]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef op of het apparaat bij het verzenden van een fax moet controleren op een kiestoon vóór het kiezen.
[Uit]
[Aan]
[Lijn instellen]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef van het apparaat het faxnummer, naam van de eenheid en het aantal lijnen op.
* Faxnummer, en naam van de eenheid worden als afzenderinformatie naar de ontvanger gezonden.
ID](P. 504)
[Registreer telefoonnummer]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Registreer het faxnummer van het apparaat.
veranderen(P. 272)
[Registreer apparaatnaam]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Registreer de naam (van de eenheid) die naar de andere partij wordt gezonden.
naam van het apparaat veranderen(P. 272)
[Selecteer type lijn]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef het type lijn op dat met het apparaat is verbonden.
* In sommige landen en gebieden verschijnt de instelling [Selecteer type lijn] niet, of is de inhoud of de
standaard instelling anders.
[Puls]
[Toon]
[TX startsnelheid]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Het kan een tijdje duren voordat de verzending start bijvoorbeeld vanwege een slechte telefoonlijnverbinding. In dat
geval moet u een lagere begin-communicatiesnelheid kiezen.
[33600
bps]
[14400 bps]
[9600 bps]
Onderdelen van het Menu Instellingen
[Verzenden]
[Faxinstellingen]
[Verzenden]
[Faxinstellingen]
[Verzenden]
[Faxinstellingen]
Het faxnummer en de naam van het apparaat
[Verzenden]
[Faxinstellingen]
[Verzenden]
[Faxinstellingen]
[Verzenden]
[Faxinstellingen]
502
[Lijn instellen]
[Lijn instellen]
Het faxnummer en de
[Lijn instellen]
[TX Terminal-