Inhoudsopgave
Advertenties
5 - 10 mm
2
Fig. 4.8
1
3
4.4.2
Montage Sensor"A
(Toerentalbewaking)
De "A"-sensor (4.8/1) werkt met twee magneten (4.8/2)
Deze magneten worden tegenover elkaar op de te
controleren as gemonteerd. Hierbij worden de magneten
-
direct met de meegeleverde schroeven en
onderlegringen op de as geschroefd of
-
met slangklemmen (4.8/3) aan de as bevestigd.
Indien de beide magneten met een slangklem op de as
worden bevestigd, dan moet men deze magneten met de
meegeleverde klinknagels en vulringen op de slangklem
vastzetten. Bij het boren van de gaten er op letten, dat de
magneten tegenover elkaar komen te staan.
De rood geverfde zijde van de magneet
moet naar de sensor wijzen.
De sensor met de bijgeleverde steun aan een
tegenoverliggend stilstaand deel van de machine
bevestigen.
De afstand tussen de magneet en de sensor
op 5 - 10 mm afstellen.
De sensor moet minstens 25 mm buiten de
houder uit steken.
35
06.97 DB 521.1
AMADOS
Advertenties
Inhoudsopgave
