7. DIVERSEN
De totale achterasbelasting mag echter ook niet lager zijn dan de minimaal
toelaatbare achterasbelasting (N).
De minimale achterasbelasting moet ervoor zorgen dat de trekker voldoende grip
heeft om op het terrein te manoeuvreren.
Indien
de
minimaal
toelaatbare
achterasbelasting
(N)
niet
in
de
bedieningshandleiding van de trekker staat vermeld, moet u een achteras gebruiken
die minimaal 45% van het eigengewicht van de trekker zonder werktuigen uitmaakt.
Als de noodzakelijke minimale achterasbelasting (N) niet beschikbaar is, moet u
achter extra gewichten gebruiken.
De benodigde achtergewichten kunnen net als de frontgewichten als volgt worden
berekend:
De toelaatbare bandenbelastingen worden per band berekend, waarbij de voor- of
achterasbelasting door 2 moet worden gedeeld.
De acceptabele bandenbelastingen hangen af van de bandenspanning en de
rijsnelheid. Bij grote asbelastingen wordt een lagere bandenspanning en langzamer
rijden aangeraden.
51
PINL 096A 02 CM 170-190 0211