Gebruiks- en onderhoudsinstructies
10.10 Onderhoudsschema
Volgende instructies hebben betrekking op normale
gebruiksomstandigheden.
In speciale omstandigheden, bijv. bijzonder lang, dagelijks gebruik
moeten de opgegeven onderhoudsintervallen overeenkomstig worden
ingekort.
Carburateur
Luchtfilter
Bougie
Koelluchtinlaat
Cilinderribben
Brandstoftank
Brandstoffilter
Alle bereikbare schroeven
(behalve instelschroeven)
Bedieningselementen
(stopknop, gasregelhendel,
bedieningshendel, drukregelaar)
Geluiddemper
Sproeimiddeluitstootvolume en
verdeling
Sproeimiddelreservoir
Zeeftrechter in de sproeimiddeltank
Sproeier
Dichtheid van alle machineonderdelen testen
Gehele machine
Voer de onderhoudswerkzaamheden regelmatig uit. Geef eventueel opdracht aan een vakwerkplaats als
u niet alle werkzaamheden zelf kunt uitvoeren. De bezitter van het apparaat is ook verantwoordelijk
voor:
Schade door ondeskundig of laattijdig uitgevoerd onderhoud of reparatiewerkzaamheden
Gevolgschade - ook corrosie - bij ondeskundige bewaring
NEDERLANDS
20
onbelaste loop controleren
onbelaste loop afstellen
reinigen
vervangen
Elektrodeafstand
controleren en eventueel
aanpassen
vervangen
reinigen
reinigen
reinigen
vervangen
vastdraaien
functiecontrole
Sicht- Zustandsprüfung
testen
aftappen en reinigen
reinigen
reinigen
testen
Test met water
reinigen
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X X
X
X X