[UT 3] & [UT 4] Tone Generator (toongenerator)
De Tone Generator-pagina's bepalen de uitvoerinstellingen
voor de geluiden van de ingebouwde toongenerator.
[UT 3] MasterTune
TG
+000.0
1
[UT 4]
IndivOut Slider
TG
manual
RevSend
5
1 MasterTune (hoofdstemming)
Bepaalt de mastertoonhoogte voor de toongenerator in stap-
pen van 0,1 cent.
❏ Instellingen: –102.4~+102.4
2 Vol
Bepaalt het mastervolume voor de toongenerator.
❏ Instellingen: 0~127
n
Als de waarde hier te laag wordt ingesteld kan het totaal-volume te laag
OPM.
zijn - zelfs als de bedieningspaneelschuiven in de maximumpositie staan.
3 Swap L/R (links/rechts verwisselen)
Draait de links- en rechtspositie van de drumvoices om. Deze
instelling is gerelateerd aan de panningpositie van elke drum-
voice (blz. 50).
❏ Instellingen:
•
off: Normale panningpositie zoals aangegeven voor de drumvoices.
•
on: Omgekeerde panningpositie (de panningparameter voor elke
drumvoice werkt ook omgekeerd).
4 RevBypass (reverb omzeilen)
Schakelt tijdelijk de systeemeffecten aan of uit (zowel reverb
als chorus).
❏ Instellingen:
•
off: Systeemeffecten zijn ingeschakeld (normaal).
•
on: Systeemeffecten zijn uitgeschakeld.
Vol
SwapL/R RevBypas
127
off
on
2
3
4
AuxIn
st+ph
6
7
5 IndivOut (individuele uitgangen)
Voert de drumvoices van de stereo-uitvoer tijdelijk naar de
INDIVIDUAL OUTPUT-aansluitingen. Deze instelling is
gerelateerd aan de uitgangsrouting van elke drumvoice (blz. 53).
❏ Instellingen:
•
manual: Normale uitgangsrouting zoals aangegeven voor de
drumvoices.
•
auto: Drumvoices die gerout zijn naar de stereo-OUTPUT wor-
den gegroepeerd in snaredrum, basdrum, toms, hihats, cymbals
en andere instrumenten en respectievelijk naar de aansluitingen
INDIVIDUAL OUTPUT 1 t/ 6 gestuurd. Drumvoices die naar
InsFX zijn gerout, gaan naar de insertie-effecten en worden ver-
volgens naar de uitgangen gestuurd die zijn aangegeven voor de
insertie-effecten.
6 Slider (schuif)
Bepaalt de besturingstoewijzingen voor de paneelschuiven
(SNARE, KICK, TOM, HI-HAT, CYMBAL of MISC) ter-
wijl de knop SHIFT ingedrukt wordt gehouden.
❏ Instellingen:
•
RevSend: Reverbzendniveau voor elke drumvoice.
•
indiv: Uitgangsvolume voor elke INDIVIDUAL OUTPUT 1 t/m
6.
n
Als u alle drumvoices naar de stereo-OUTPUT heeft gerout, is er geen re-
OPM.
den om de schuiven op 'indiv' in te stellen.
7 AuxIn
Bepaalt de uitgangsrouting van de audiosignalen die binnen-
komen via de aansluiting AUX IN op het bedieningspaneel.
❏ Instellingen:
•
stereo: Stuurt naar de aansluiting OUTPUT.
•
phones: Stuurt naar de aansluiting PHONES.
•
st+ph: Stuurt naar zowel de aansluiting OUTPUT als PHONES.
75