3. Machine- en bedieningselementen
3
24
50 Nm
50 Nm
agria Werktuigdrager Unihamster
Aandrijfwielen
De wielen moeten met de profielpunten
in de rijrichting (van boven af op de wie-
len gezien) gemonteerd worden, om de
trekkracht zo optimaal mogelijk te be-
nutten.
Sneeuwkettingen
Beim Bij het gebruik van sneeuw-
kettingen moeten de aanwijzingen van
de fabrikant worden opgevolgd. Let
erop dat de machineonderdelen vrij
kunnen bewe-en.
Dubbellucht banden
Tussenflens
Art. nr. 3616 011 (zonder wielen)
Aandrijfwielen 4.00-8
Art. nr. 3690 011
Voor de demontage van de dubbele
banden, de wielmoeren (3) en de sluit-
ringen (2) losschroeven.
De tussenflens (1) met de sluitringen
(2) en de wielmoeren (3) monteren.
Anti-wikkelbuis
tussenflens schuiven.
Buitenste drijfwielen (5) met de sluit-
ringen (6) en de wielmoeren (7) mon-
teren.
Nach Na iedere verwisseling
W
van de wielen of montage van
de kooiwielen en dubbele wielnaven
moeten de wielschroeven of moeren
na de eerste 2 bedrijfsuren met ca.
50 Nm worden nagetrokken. Verder
altijd bij onderhoudswerkzaam-he-
den.
(4)
over
de