3. Machine- en bedieningselementen
Bevestigingsgordel
Œ
Œ
Voor het laden van de machine dient een
bevestigingsgordel rond de versnellingsbak
achter de motor te worden gelegd.
•
Voor het inhaken van het touw bij werken op
hellingen dient een bevestigingsgordel rond de
stuurkolom te worden gelegd.
•
Controleer de bevestigingsgordel op bescha-
digingen, evt. vervangen.
Geen lastopnamemiddelen met scherpe kan-
ten gebruiken (bv. scherpe haken, ogen enz.)!
Nooit onder hangende ladingen lopen of
Ž
blijven staan. Levensgevaar!
3
Bevestigingspunten
Voor het afslepen, opbergen en vastsjorren
voor een veilig transport, de bevestigingspun-
ten
aan de trekhaak en aan de gewicht-
dragers gebruiken.
Stuurstang
Stuurstang in hoogte verstellen
l Druk de blokkeerhendel (B/3 of C/3) zover
naar beneden totdat de inkepingen vrij zijn.
l Breng de stuurstang op de gewenste hoogte.
l Laat de blokkeerhendel los en voer het stuur
B/3; C/3
in de gewenste inkeping zodat de blokkeerhen-
del weer helemaal naar boven in de uitgangs-
positie terugzwenkt.
Stuurstang zijwaarts verstellen
De stuurstang kan uit zijn normale positie (mid-
den positie) ca. 30° naar links of naar rechts
versteld worden.
l Stuur-draaihendel (B/13 of C/13) naar ach-
teren draaien en daarbij de stuurstang naar links
of naar rechts in de gewenste positie brengen.
l Stuur-draaihendel naar voren terugdraaien
en in de gewenste inkeping aan de stuurs-
B/13; C/13
tang laten klikken.
26
agria Eenassige tractor 3600