Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Arbeids- En Gevarenbereik; Bediening En Veiligheidsmaatregelen - Agria 3600 Handleiding

Eenassige tractor
Verberg thumbnails Zie ook voor 3600:
Inhoudsopgave

Advertenties

1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
deze aanwijzingen nauwkeurig op, in het
belang van uw eigen veiligheid!
1
Zet de motor af wanneer u de machine
transporteert van en naar de werkplek.
Blijf altijd op een veilige afstand van
draaiende werktuigen!
Voorzichtig met nalopende werktuigen.
Wachten tot het werktuig helemaal stil
staat!
Bij werkzaamheden met extern aange-
dreven machineonderdelen bestaat de
kans op beknellingen en andere verwon-
dingen!
Het is niet toegestaan tijdens de werk-
zaamheden mee te rijden op de tractor.
Aangebouwde werktuigen en ladingen
hebben invloed op het rijdrag en het
stuur- en remvermogen van de tractor.
Pas uw werksnelheid aan aan de om-
standigheden.
Instelling van het motortoerental niet
veranderen. Een verhoogd toerental
vergroot de kans op ongelukken.
Arbeids- en
gevarenbereik
De gebruiker is op de werkplek tegen-
over derden verantwoordelijk.
Blijf buiten het gevarenbereik van de
eenassige tractor.
Controleer voor het starten en wegrij-
den de omgeving van de tractor. Let
vooral op kinderen en dieren!
Voordat met de werkzaamheden begon-
nen wordt, dienen obstakels uit de weg
te worden geruimd. Let ook tijdens de
werkzaamheden op obstakels en haal
ze tijdig weg.
10
agria Eenassige tractor 3600
Bij werkzaamheden op omheinde plaat-
sen dient de veiligheidsafstand tot de
omheining in acht genomen te worden,
zodat de machine niet beschadigd
wordt.
Bediening en
veiligheidsmaatregelen
Voor de werkzaamheden
Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van
alle installaties en bedieningscompo-
nenten, alsmede van het functioneren
ervan. In het bijzonder dient u te weten
hoe u de motor in geval van nood snel
en veilig afzet.
Controleer of alle veiligheidsmaatrege-
len zijn getroffen en in de juiste positie
zijn gebracht.
Wanneer de aftakas niet gebruikt wordt,
dient deze met een beschermingskap
te zijn afgedekt.
Starten
Start de motor niet in afgesloten ruim-
tes. De uitlaatgassen bevatten koolmo-
noxyde dat zeer giftig is wanneer het
ingeademd wordt.
Voor het starten van de motor dienen
alle bedieningselementen in stand 'neu-
traal' te worden gezet.
Voor het starten van de motor niet vóór
de tractor of het aanbouwwerktuig gaan
staan.
Gebruik geen starthulpvloeistof in com-
binatie met elektrische startkabels. Ex-
plosiegevaar!
Tijdens de werkzaamheden
Tijdens de werkzaamheden mag de
stuurstang nooit worden losgelaten.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave