Configuratie
Het instrument inschakelen
1.
Sluit de stekkers van de netadapter aan
in de volgorde die wordt getoond in de
afbeelding.
DC IN-aansluiting (pagina 10)
2
Gelijkstroomstekker
Netadapter
De uitvoering van de stekker en het stopcontact kan per
locatie verschillen.
WAARSCHUWING
Gebruik alleen de aangegeven adapter (pagina 33). Gebruik van
andere adapters kan leiden tot onherstelbare beschadiging van
zowel de adapter als het instrument.
VOORZICHTIG
Haal de netstekker uit het stopcontact als u het instrument lange
tijd niet gebruikt, of tijdens elektrische stormen, zoals onweer.
OPMERKING
Volg deze procedure in omgekeerde volgorde bij het loskoppelen
van de netadapter.
2.
Druk op de [P]-schakelaar (stand-by/
aan) om het instrument aan te zetten.
[P]-schakelaar (stand-by/aan)
POWER-indicator
Als u de toetsenklep sluit zonder het instrument op
stand-by te zetten, blijft het aan/uit-lampje branden
om aan te geven dat het instrument nog aanstaat.
Wanneer u het instrument op stand-by wilt zetten,
drukt u opnieuw op de [P]-schakelaar (stand-by/aan)
gedurende een seconde. De POWER-indicator gaat uit.
12
CLP-625 Gebruikershandleiding
Stopcontact
3
1
Netsnoer
Netstekker
POWER-indicator
VOORZICHTIG
Zelfs als de [P]-schakelaar (stand-by/aan) in de stand-bystand
staat, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het
instrument. Als u het instrument gedurende een lange tijd niet
gebruikt, zorg er dan voor dat u de stekker van het netsnoer uit
het stopcontact haalt.
Het volume instellen
Wanneer u begint te spelen, kunt u met de knop
[MASTER VOLUME] het volume van het totale
toetsenbordgeluid aanpassen.
Niveau lager
VOORZICHTIG
Gebruik dit instrument niet gedurende een langere periode op een
hoog volumeniveau, om gehoorbeschadiging te voorkomen.
Automatische uitschakelfunctie
Om onnodig stroomverbruik te voorkomen, heeft
dit instrument een automatische uitschakelfunctie
waarmee de stroom automatisch wordt uitgeschakeld
als het instrument ongeveer 30 minuten niet wordt
gebruikt. Als u de automatische uitschakelfunctie niet
wilt gebruiken, kunt u de functie als volgt uitschakelen.
De instelling (uitgeschakeld of ingeschakeld) blijft
behouden als het instrument wordt uitgezet.
Standaardinstelling:
Ingeschakeld
De automatische uitschakelfunctie
uitschakelen
Als het instrument is uitgeschakeld
Houd de toets A-1 (laagste toets) ingedrukt en druk op
[P] (stand-by/aan) om het instrument in te schakelen.
Het [REC]-lampje knippert drie keer om aan te geven
dat de automatische uitschakelfunctie is uitgeschakeld.
Laagste toets
Niveau hoger