Bijlage
Code
Betekenis
F.583
Afgiftecircuit: aanvoertemperatuur
te laag
F.685
Verbindingsfout: thermostaat niet
herkend
F.701
Voelerfout: temp. omgevingscir-
cuitinlaat
F.702
Voelerfout: temp. omgevingscir-
cuituitlaat
F.703
Voelerfout: lage druk
F.704
Voelerfout: afgiftecircuitdruk
F.705
Voelerfout: omgevingscircuitdruk
F.708
Verbindingsfout: Ventilatoreen-
heid 1
F.710
Omgevingscircuit: uitlaattempera-
tuur te laag
F.714
Omgevingscircuit: druk te laag
F.715
Omgevingscircuit: foutcontact
pomp open
44
Oorzaak
–
Vierwegklep is mechanisch geblok-
keerd
–
Temperatuurvoeler in de aanvoer is
defect
–
Lucht in het afgiftecircuit
–
Systeemthermostaat werd al her-
kend, maar de verbinding is afgebro-
ken
–
Voeler niet aangesloten of voelerin-
gang kortgesloten
–
Voeler niet aangesloten of voelerin-
gang kortgesloten
–
Voeler niet aangesloten of voelerin-
gang kortgesloten
–
Voeler niet aangesloten of voelerin-
gang kortgesloten
–
Voeler niet aangesloten of voelerin-
gang kortgesloten
–
Geen elektrische verbinding
Geen eBUS-verbinding
–
Omgevingscircuitpomp defect
–
Temperatuurfout omgevingscircuituit-
laat defect
–
Te geringe volumestroom in het
omgevingscircuit
–
Lucht in omgevingscircuit
–
Drukverlies in het omgevingscircuit
door lek of luchtkussen
–
Omgevingscircuitdruksensor defect
–
De elektronica van de hoogefficiënte
pomp heeft een fout (bijv. droog
lopen, blokkering, overspanning,
onderspanning) vastgesteld en is
vergrendelend uitgeschakeld.
Installatie- en onderhoudshandleiding flexoTHERM exclusive 0020221001_03
Oplossing
–
Debiet afgiftecircuit controleren
–
Steekcontact op de printplaat en aan
de kabelboom controleren
–
Voeler controleren op juiste werking
(weerstandsmeting aan de hand van
de karakteristieke voelerwaarden)
–
Voeler vervangen
–
Afgiftecircuit ontluchten
–
eBUS-verbinding met systeemther-
mostaat controleren
–
Voeler controleren en eventueel
vervangen
–
Kabelboom vervangen
–
Voeler controleren en eventueel
vervangen
–
Kabelboom vervangen
–
Voeler controleren en eventueel
vervangen
–
Kabelboom vervangen
–
Voeler controleren en eventueel
vervangen
–
Kabelboom vervangen
–
Voeler controleren en eventueel
vervangen
–
Kabelboom vervangen
–
Elektrische verbinding van de venti-
latoreenheid 1 controleren (leiding-
aansluiting controleren, contactfout?)
–
eBUS-verbinding met de ventilator-
eenheid 1 controleren
–
Positie adresschakelaar op de print-
plaat van ventilatoreenheid 1 contro-
leren. Vereiste schakelpositie: 1
–
Debiet omgevingscircuit controleren
–
Steekcontact op de printplaat en aan
de kabelboom controleren
–
Voeler controleren op juiste werking
(weerstandsmeting aan de hand van
de karakteristieke voelerwaarden)
–
Voeler vervangen
–
Volumestroom van de omgevingscir-
cuitpomp controleren (optimale sprei-
ding 3 K)
–
Omgevingscircuit ontluchten
–
Omgevingscircuit op ondichtheden
controleren
–
Medium (brijn/water) bijvullen, ont-
luchten
–
Steekcontact op de printplaat en aan
de kabelboom controleren
–
Druksensor op juiste werking contro-
leren
–
Druksensor vervangen
–
Warmtepomp gedurende minstens
30 sec. stroomloos schakelen
–
Steekcontact op de printplaat contro-
leren
–
Pompfunctie controleren
–
Omgevingscircuit ontluchten