een snelheid van minimaal 60 km/u te rijden
totdat het lampje uit gaat.
Brandt permanent, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding over een
te laag additiefniveau voor het roetfilter.
Het additiefreservoir is bijna leeg.
Vul meteen bij: voer (3) uit.
Laag brandstofniveau (benzine of diesel)
Brandt permanent terwijl de
segmenten rood branden, in
combinatie met een geluidssignaal (met het
matrix-instrumentenpaneel)
of
Brandt permanent, waarbij de
reservehoeveelheid in rood wordt aangegeven,
in combinatie met een geluidssignaal
en een melding (behalve met het
matrix-instrumentenpaneel).
Als het lampje gaat branden, zit er nog
ongeveer 5 liter brandstof in de tank
(reservevoorraad).
Zolang er geen brandstof wordt getankt, wordt
deze waarschuwing iedere keer herhaald
wanneer het contact wordt aangezet, en met
een toenemende frequentie naarmate het
brandstofniveau verder zakt en de nul nadert.
Tank bij de eerstvolgende gelegenheid om een
lege brandstoftank te voorkomen.
Rijd nooit door totdat de tank helemaal leeg
is; hierdoor kunnen het emissieregelsysteem en
het injectiesysteem beschadigd raken.
Tractiebatterij bijna leeg (elektrisch)
Brandt permanent, in combinatie met een
geluidssignaal.
De tractiebatterij is bijna leeg.
Controleer de resterende actieradius
Laad de tractiebatterij zo snel mogelijk op.
Beperkt vermogen (elektrisch)
Brandt permanent.
De laadtoestand van de tractiebatterij is
kritiek.
Het motorvermogen neemt geleidelijk af.
De tractiebatterij moet direct worden opgeladen.
Als het waarschuwingslampje blijft branden, voer
dan (2) uit.
Geluidssignaal voor voetgangers
(elektrisch)
Brandt permanent.
Storing in geluidssignaal gedetecteerd.
Voer (3) uit.
Zelfdiagnosesysteem van de motor
(benzine of diesel)
Knippert.
Een storing in het
motormanagementsysteem.
De katalysator kan onherstelbaar beschadigd
raken.
U moet (2) uitvoeren.
Brandt permanent.
Een storing in de emissieregeling.
Het lampje moet uit gaan als de motor draait.
Voer direct (3) uit.
Instrumentenpaneel
Brandt permanent.
Er is sprake van een kleine
motorstoring.
Voer (3) uit.
AdBlue
(BlueHDi)
®
Brandt ongeveer 30 seconden nadat de
motor is gestart, in combinatie met een
melding over het aantal kilometers dat u nog
kunt rijden.
De actieradius ligt tussen de 2400 en 800 km.
Vul AdBlue
bij.
®
Brandt permanent nadat het contact is
aangezet, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding over het aantal
kilometers dat u nog kunt rijden.
De actieradius ligt tussen de 800 en 100 km.
VulAdBlue
meteen bij of voer (3) uit.
®
Knippert, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding van het
aantal kilometers dat u nog kunt rijden.
De actieradius is minder dan 100 km.
U moetAdBlue
bijvullen om te voorkomen dat
®
het starten wordt geblokkeerd of (3) uitvoeren.
Knippert, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding dat het
starten van de motor wordt geblokkeerd.
Het AdBlue
-reservoir is leeg: de wettelijk
®
verplichte startblokkering voorkomt dat de motor
opnieuw kan worden gestart.
Vul AdBlue
bij of voer (2) uit om de motor
®
opnieuw te kunnen starten.
U moet het reservoir met minimaal 5 liter
AdBlue
bijvullen.
®
1
15