Afdrukken met Macintosh
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u kunt afdrukken in Macintosh. Voordat u gaat afdrukken, moet u
de afdrukomgeving instellen. Zie
Een document afdrukken
Als u in Macintosh afdrukt, moet u in elke applicatie die u gebruikt de printersoftware-instelling
controleren. Volg de onderstaande stappen om af te drukken vanaf een Macintosh-computer:
1.
Open het document dat u wilt afdrukken.
2.
Open het menu Archief en selecteer Pagina-instelling (Documentinstellingen in sommige
applicaties).
3.
Kies papierformaat, richting, verkleinen/vergroten en andere opties. Zorg dat uw apparaat is
geselecteerd en selecteer OK.
Open het menu Archief en selecteer Druk af.
4.
5.
Kies het gewenste aantal exemplaren en geef aan welke pagina's u wilt afdrukken.
6.
Selecteer Druk af.
Printerinstellingen wijzigen
U kunt gebruikmaken van de geavanceerde afdruktoepassingen van uw printer.
Open een applicatie en selecteer Druk af in het menu Archief. De printernaam die in het
printereigenschappenvenster wordt weergegeven, is afhankelijk van de gebruikte printer. Afgezien van
de naam bestaat het printereigenschappenvenster uit vrijwel dezelfde onderdelen.
Opmerking:
De instellingsopties kunnen verschillen, afhankelijk van de printer en de Macintosh
OS-versie.
TextEdit
Met deze optie kunt u een koptekst en voettekst afdrukken.
Afdruktoepassingen
Stel de Papiersoort in op de papiersoort die zich in de lade bevindt van waaruit u wilt afdrukken.
Zo krijgt u de beste afdrukkwaliteit. Als u een ander type afdrukmateriaal plaatst, moet u het
bijbehorende papiertype selecteren.
Installatie en
instellingen.
Afdrukken met Macintosh
®
®
Xerox
Phaser
Handleiding voor de gebruiker
3020
57