Netwerkinstallatie
c.
Zet een vinkje in het selectievakje Dynamische DNSv6-registratie om deze optie in te
schakelen.
Opmerking:
Als uw DNS-server geen dynamische updates ondersteunt, is het niet nodig om DDNS
in te schakelen.
10. Selecteer Toepassen om de wijzigingen op te slaan.
11. Selecteer OK wanneer het bevestigingsbericht verschijnt.
Opmerking:
Het in- of uitschakelen van het TCP/IPv6-protocol wordt van kracht nadat het systeem
opnieuw is gestart. Het in- of uitschakelen van TCP/IPv6 heeft invloed op andere protocollen,
bijvoorbeeld LPR/LPD, SNMP, Raw TCP/IP afdrukken en DHCPv6 over TCP/IPv6.
Toegang testen
1.
Open de webbrowser op uw werkstation en voer het TCP/IP-adres van het apparaat in de
adresbalk in. Druk op Enter.
Als u de domeinnaam gebruikt om het apparaat te specificeren, gebruikt u de volgende indeling.
http://mijnhost.voorbeeld.com
Als u het IP-adres gebruikt om het apparaat te specificeren, gebruikt u een van de volgende
indelingen, afhankelijk van de configuratie van uw apparaat. Er moet een IPv6-adres tussen
vierkante haakjes worden gezet.
IPv4: http://xxx.xxx.xxx.xxx
IPv6: http://[xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx]
Opmerking:
Als u het standaard poortnummer '80' heeft veranderd, voegt u dit nummer als volgt
aan het internetadres toe: In de volgende voorbeelden is het poortnummer 8080.
Domeinnaam: http://mijnhost.voorbeeld.com:8080
IPv4: http://xxx.xxx.xxx.xxx:8080
IPv6: http://[xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx:xxxx]:8080
2.
Controleer of de homepage van CentreWare Internet Services wordt weergegeven.
Het installatieproces voor CentreWare Internet Services is nu afgerond.
Opmerking:
Wanneer uw toegang tot CentreWare Internet Services wordt gecodeerd, typt u
https:// gevolgd door het internetadres in plaats van http://.
®
®
20
Xerox
Phaser
Handleiding voor de gebruiker
3020