SLEUTEL, FM-AFSTANDSBEDIENING: gebruik
C
1
2
3
Afstandsbedieningen C en D worden ge-
bruikt om de portieren en de bagageruimte
te vergrendelen/ontgrendelen.
Zij worden gevoed door een batterijtje, dat
u kunt vervangen (raadpleeg de paragraaf
"Sleutel, FM-afstandsbediening: batterijtjes"
in hoofdstuk 5).
Portieren vergrendelen
Met een druk op knop 1 kunnen de portieren
vergrendeld worden.
Met een korte druk op knop 3 vergrendelt/
ontgrendelt u de achterklep en, afhankelijk
van de auto, de schuifdeuren.
1.6
(2/2)
D
1
2
3
Bij het vergrendelen ziet u de knipperlich-
ten en de zijknipperlichten twee keer knip-
peren.
N.B.: afhankelijk van de auto, als een portier
(of de achterklep) open of niet goed geslo-
ten is, vergrendelen/ontgrendelen de portie-
ren snel en knipperen de alarmlichten niet.
Ontgrendelen van de portieren
Met een druk op knop 2 kunnen de portieren
ontgrendeld worden.
Met een korte druk op knop 3 ontgrendelt/
vergrendelt u de achterklep en, afhankelijk
van de auto, de schuifdeuren. Bij het ont-
grendelen ziet u de knipperlichten en de
zijknipperlichten één keer knipperen.
Gebruik de sleutel alleen waarvoor deze
bedoeld is (en niet bijvoorbeeld als fles-
opener, enz.).