BRANDSTOFTANK
(1/2)
Vullen van de tank
Open het bestuurdersportier om het klepje 1
te kunnen openen.
Vergrendel, afhankelijk van de auto, de
dop 2 met behulp van de sleutel.
Verwijder de dop 2 en maak hem vast aan
het klepje 1.
Bruikbare inhoud van de tank: 80 liter of
105 liter ongeveer (afhankelijk van het type
van de auto).
1.102
Tanken van brandstof
Met het contact uit kunt u na het eerste au-
tomatische afslaan aan het eind van het
tanken nog maximaal twee keer verder bij-
1
vullen, zodat er nog ruimte voor het uitzetten
van de brandstof overblijft.
Soort brandstof
Gebruik uitsluitend dieselbrandstof. Let
er op dat bij het tanken geen water bij de
brandstof komt. Het afsluitsysteem van de
tankdop en de omgeving ervan moeten stof-
2
vrij zijn.
Gebruik brandstof van goede kwaliteit
die voldoet aan de regelgeving van het land,
Dit moet overeenstemmen met de specifi-
caties op de sticker op de afdekplaat 1. Zie
"Gegevens van de motor" in hoofdstuk 6.
Controleer na het tanken of de dop en
het klepje goed zijn gesloten.
Vermeng de dieselbrandstof
nooit met benzine (loodvrij of
E85), zelfs niet een kleine hoe-
veelheid.
Gebruik geen ethanol als uw auto hier
niet voor aangepast is.
Voeg niets toe aan de brandstof (toe-
voegmiddel, reagens, enz.) - anders kan
de motor beschadigd raken.
De tankdop is van een speci-
aal type.
Vraag naar ditzelfde type als u
een andere dop koopt. Ga naar
een merkdealer.
Rook niet tijdens het tanken en ontsteek
geen open vuur in de nabijheid van de
brandstoftank of de tankdop.
Maak de omgeving van het vulsysteem
niet schoon met een hogedrukreiniger.