Remmen
Remslijtage inspecteren
1
cbmz
1.
Remblokken
2.
Minimale dikte van de voering
De remblokken dienen te worden gecon-
troleerd overeenkomstig de eisen van
het periodiek onderhoud en te worden
vervangen indien ze zijn afgesleten tot
de minimale dikte of minder.
Indien de voeringdikte van ongeacht
welk remblok (voorrem of achterrem)
minder is dan 1,5 mm en het remblok
dus is afgesleten tot de onderzijde van
de groeven, moeten alle remblokken
voor dat wiel worden vervangen.
Inremmen van nieuwe remblokken
en remschijven
Remblokken dienen altijd als wielset te
worden vervangen. Aan de voorzijde,
2
waar twee remklauwen op hetzelfde
wiel zijn bevestigd, moeten alle rem-
blokken in beide remklauwen worden
vervangen.
Het vervangen van afzonderlijke rem-
blokken verlaagt de remkracht en kan
een ongeval veroorzaken.
Na het vervangen van de remblokken
dient u uiterst voorzichtig te rijden tot
de nieuwe remblokken zijn 'ingereden'.
Nieuwe remschijven en/of remblokken
moeten gedurende enige tijd voorzichtig
worden ingeremd om de prestaties en
levensduur van de remschijven en rem-
blokken te optimaliseren. De aanbevolen
afstand voor het inremmen van nieuwe
remblokken en remschijven is 300 km.
Rij en rem in deze periode voorzichtig en
houd rekening met een langere remweg.
Onderhoud
Waarschuwing
163