Par.
Omschrijving
P-30
Configuratie start/herstart/Fire mode
Index 1: Startmodus/automatisch herstarten
Selectie of de regelaar automatisch moet starten als de vrijgave/start ingang aanwezig is en de voedingsspanning wordt
ingeschakeld of dat de regelaar wordt vergrendeld tijdens het inschakelen van de voedingsspanning. Met deze parameter kun je
ook instellen of de regelaar bij een fout automatisch moet herstarten.
er: wanneer er spanning op de regelaar wordt gezet en de digitale ingang 1 is gemaakt (start commando) zal de regelaar
niet starten. Het start commando zal eerst weg moeten worden genomen om opnieuw een start commando te kunnen geven.
: De regelaar start altijd. Ook als er spanning op de regelaar wordt gezet en de digitale ingang 1 gemaakt is.
tot : De regelaar zal 1 tot 5 maal proberen om automatisch te herstarten na een fout (20s tussen de pogingen).
Wanneer de fout weg is zal de regelaar herstarten. Om de herstart teller te resetten moet de regelaar spanningsloos worden gemaakt
of moet er op de resetknop van de regelaar worden gedrukt of moet de regelaar een nieuw start commando krijgen.
Index 2: Logica selectie Fire mode
Selecteert welk type logica er gebruikt wordt voor de "Fire mode" wanneer P15 = 15, 16, 17 of 18.
0: Normally Closed (NC) ingang. "Fire mode" is actief wanneer de ingang laag is.
1: n.O: Normally Open (NO) Input. Fire Mode active if input is closed.
2: Normally Closed (NC) ingang, vaste snelheid. "Fire mode" is actief wanneer de ingang laag is. De snelheid wordt bepaalt
door Voorkeuzesnelheid 4 (P-23).
3: Normally Opem (NO) ingang, vaste snelheid. "Fire mode" is actief wanneer de ingang hoog is. De snelheid wordt
bepaalt door Voorkeuzesnelheid 4 (P-23).
Index 3: selectie werking ingang Fire mode
Selecteert de werking van de "Fire mode" ingang wanneer P15 = 15, 16, 17 of 18.
0: Maintained Input. De "Fire mode" is alleen actief wanneer de ingang actief is (NO of NC afhankelijk van index 2).
1: Momentary Input. De "Fire mode" is actief wanneer de ingang kort geactiveerd wordt (NO of NC afhankelijk van index 2). De
regelaar blijft in "Fire mode" totdat de vrijgave of de voedingsspanning wegvalt.
P-31
Onthoudfunctie snelheid bij aansturing via het
toetsenbord/Modbus
Deze parameter is alleen actief in toetsenbord mode (P-12 = 1 of 2) of Modbus mode (P-12 = 3 of 4). Wanneer P-31 op 0 of 2 wordt
ingesteld zal de regelaar altijd starten met de minimale snelheid. Wanneer P-31 op 1 of 3 wordt ingesteld zal de regelaar met de vorige
snelheid starten waarmee de regelaar draaide op het moment dat het startcommando werd weggenomen. Wanneer P-31 op 2,3,6 of 7
wordt ingesteld bepaalt de status van digitale ingang 1 het start/stop commando. De start/stop knoppen worden hierdoor uitgeschakeld.
0: Minimale snelheid (P-02), start/stop via het toetsenbord
1: Vorige snelheid (onthoudfunctie), start/stop via het toetsenbord
2: Minimale snelheid (P-02), start/stop via de klemmen
3: Vorige snelheid (onthoudfunctie), start/stop via de klemmen
4: Huidige snelheid, start/stop via het toetsenbord
5: Voorkeuzesnelheid 4, start/stop via het toetsenbord
6: Huidige snelheid, start/stop via de klemmen
7: Voorkeuzesnelheid 4, start/stop via de klemmen
Fire Mode
De "Fire Mode" is ontwikkeld om de ODE-3 frequentieregelaar zo lang mogelijk te laten functioneren totdat de frequentieregelaar
niet meer in staat is de motor aan te sturen (einde levensduur) of totdat de digitale ingang met de functie activering "Fire mode"
wordt weggenomen. De "Fire mode" wordt gebruikt bij applicaties waarbij een digitale ingang van de ODE-3 frequentieregelaar is
gekoppeld aan een brand-beveiligingssysteem.
In het geval van branddetectie zal de digitale ingang met de functie "Fire mode" laag worden (wegvallen) en zal zo lang mogelijk
getracht worden de motor van de ventilator te laten draaien om zodoende de rook weg te blazen in bijv. trappenhuizen of om de
luchtkwaliteit binnen een gebouw zo goed mogelijk te houden.
De "Fire mode" wordt geactiveerd door P-15 = 15, 16, 17 of 18. Digitale ingang 3 = "Fire mode" ingang. Wanneer de "Fire mode"
actief is worden de volgende fouten genegeerd:
O-t (te hoge temperatuur koellichaam), U-t (te lage temperatuur frequentieregelaar), Th-F Lt (defecte thermistor op koellichaam),
E-trip (externe fout), 4-20 F (4-20 mA-fout), Ph-Ib (fase in onbalans), P- Loss (een van de ingangsfasen is weggevallen), SCtrp
(communicatiefout), I.t-trp (fout door overbelasting).
De volgende fouten zullen resulteren in een uitschakeling van de frequentieregelaar, automatische reset en herstart:
O- Volt (overspanning), U- Volt (onderspanning), h O-I (te hoge stroom), O-I (te hoge stroom op uitgang frequentieregelaar in korte
tijd), Out-F (uitgangsfout frequentieregelaar, fout uitgangstrap).
www.invertekdrives.com
Minimaal
Maximaal
N.v.t.
N.v.t.
0
1
0
1
0
7
Versie 1.23 | Optidrive ODE-3 IP66 Outdoor handleiding | 31
Standaard
Eenheid
Edge-r
-
0
-
0
-
1
-
6