Hoofdstuk 5,
zoals de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen.
Hoofdstuk 6,
voedingsbronnen en energiebesparingsmodi van de computer.
In hoofdstuk 7,
hoe u de computer configureert met het programma TSETUP. Verder leest
u hier hoe u een wachtwoord instelt.
Hoofdstuk 8,
beschikbaar is.
Hoofdstuk 9,
uitvoeren van bepaalde diagnostische testen en suggesties voor de beste
handelwijze als de computer niet correct lijkt te werken.
De Bijlagen verschaffen technische informatie over de computer.
De
Woordenlijst
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.
Met behulp van de
opzoeken.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor
het beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedienings-
procedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, wordt deze gevolgd
door een verklaring (al dan niet tussen haakjes). Bijvoorbeeld: ROM (Read
Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de
Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de
computer. Het LED-paneel gebruikt tevens pictogrammen ter aanduiding
van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van
een aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het
toetsenbord te zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter
duidt bijvoorbeeld de Enter-toets aan.
xvi
Het
toetsenbord, beschrijft speciale toetsenbordfuncties
Stroomvoorziening en bedrijfsmodi
Configuratie en wachtwoordbeveiliging
Optionele
apparaten, beschrijft welke optionele hardware
Problemen
oplossen, verschaft nuttige aanwijzingen voor het
bevat definities van algemene computertermen en
Index
kunt u snel informatie in deze handleiding
, verschaft details over de
, wordt uitgelegd
Gebruikershandleiding