In bedrijf stellen
6
In bedrijf stellen
38
In dit hoofdstuk krijgt u informatie over het in bedrijfstellen van uw
machine.
Gevaar!
Voor het in bedrijfstellen van de machine moet de bediener
de bedieningshandleiding hebben gelezen en begrepen.
Volg de aanwijzingen op in het hoofdstuk "Veiligheids-
aanwijzingen voor de chauffeur" op pagina 19 bij
het aan- en afkoppelen
transport van de machine
werken met de machine
Zorg voor voldoende stuurkwaliteit en remvermogen van de
tractor!
•
Indien nodig frontgewichten monteren!
Door montage van machines voor of achter aan de tractor
mag niet worden overschreden
het toegestane totale gewicht van de tractor
de toegestane asbelastingen van de tractor
de toegestane draagvermogens van de tractorbanden
Bereken eerst zorgvuldig de werkelijke waarden voor het:
totale gewicht van de tractor
de belasting op de tractorassen
de draagvermogens van de banden
het minimale ballastgewicht
bij een lege en volle aanbouwmachine, voordat u de
combinatie tractor/aanbouwmachine in bedrijf stelt (door
berekening of wegen van de tractor-machine combinatie)
Zie hiervoor hoofdstuk "Berekening van de werkelijke
waarde voor het totale gewicht van de tractor,de belasting
op de tractorassen en draagvermogens van de banden
evenals het vereiste minimale ballastgewicht", bladzijde op
pagina 39.
Volgens het verkeersreglement moeten trekker en machine
ook in beladen toestand voldoende remcapaciteit hebben.
Tractor en machine moeten aan de wettelijke
verkeersvoorschriften voldoen.
Zowel de eigenaar als de bestuurder zijn verantwoordelijk
voor de naleving van de nationale
wegenverkeersvoorschriften.
•
Houdt rekening met het maximale draagvermogen van de
aangebouwde / getrokken machines en de toegestane
asbelasting en oplegdruk van de tractor. Rij desnoods met
gedeeltelijk gevulde voorraadtrechter.
•
Tijdens transportritten moet het bedieningshendel van de
driepuntshydrauliek worden vergrendeld, zodat de
aangebouwde of getrokken machine niet onverwacht kan
heffen of zakken.
Cenius BAG 0008.0 03.05