Algemene veiligheidsaanwijzingen
2.6
Opleiding van personen
Personen
Beroep
Verladen/Transport
In bedrijfstellen
Inrichten, ombouwen
Bedrijf
Onderhoud
Storingen zoeken en oplossen
Afvoeren
Legenda:
2.7
Veiligheidsmaatregelen onder normale omstandigheden
2.8
Gevaar door resterende energie
2.9
Onderhoud, service en verhelpen van storingen
12
Alleen geschoolde en onderrichte personen mogen met/aan de
machine werken. Duidelijk vastleggen welke personen voor spuiten en
voor onderhoud verantwoordelijk zijn.
Een leerling mag onder toezicht van een ervaren persoon met/aan de
machine werken.
Speciaal
Geïnstrueerde
opgeleid
persoon
X
--
--
--
--
X
X
X.. toegestaan
--.. niet toegestaan
Alleen met de machine werken indien alle veiligheids- en
bescherminrichtingen doelmatig zijn aangebracht.
Controleer minstens een keer per dag of uiterlijk herkenbare schade
is opgetreden aan de machine en alle veiligheids- en
bescherminrichtingen functioneren.
Let op het optreden van mechanische, hydraulische, pneumatische
en elektrische / elektronische krachten en spanningen, veroorzaakt
door restanten van energie op de machine.
Tref hiervoor de geëigende maatregelen voor instructie van het
personeel. Gedetailleerde aanwijzingen worden nogmaals in de
betreffende hoofdstukken van de bedieningshandleiding gegeven...
Zorg er voor, dat u de voorgeschreven instel-, service- en
inspectiewerkzaamheden tijdig uitvoert.
Zorg er voor, dat externe hulpmiddelen zoals perslucht en
hydraulische systemen niet per ongeluk kunnen worden
ingeschakeld.
Bevestig en beveilig grote onderdelen bij vervanging zorgvuldig aan
de hefwerktuigen.
Controleer de boutverbindingen. Na de onderhoudswerkzaamheden
de veiligheidsinrichting op goede werking controleren.
Personen met specifieke
bediener
vakopleiding
(Mechanica/elektrotechniek)
X
X
--
X
--
--
--
Cenius BAG 0008.0 03.05
X
--
X
--
X
X
--