3.5 Speciale functies
Op het "Speciale modus" kunnen verschillende, meestal voor
de verwarmingsvakman gebruikelijke functies worden uitge-
voerd.
Volgende speciale functies zijn mogelijk:
– Emissiemeting (zie hfst. 3.5.1)
– Manuele werking (zie hfst. 3.5.2).
– STB-test (zie hfst. 3.5.3)
– Referentierun 3-weg-omschakelkleppen
– Foutweergave (zie hfst. 7)
– Terugzetten op fabrieksinstellingen (zie hfst. 3.6.6)
Verdere toelichtingen bij deze functies staan in hfst. 6.11.
Het oproepen van de speciale functies is niet afhanke-
lijk van de draaischakelaarstand.
● Exit-toets ten minste 5 s indrukken.
Menu "Speciale modus" wordt weergegeven.
● Met de draaiknop het te starten programma selecteren.
● Selectie bevestigen met een korte druk op de draaiknop.
Het geselecteerde programma start.
● Annuleren en teruggaan met:
– Nieuwe druk op de Exit-toets of
– draaiknop aanraken of
– Selectie van een ander menu met de draaischakelaar.
3.5.1 Emissiemeting
Voorzichtig - gevaar voor te sterke
verwarming bij vloerverwarmingen!
Bij storingen of bij manuele warking zou van-
wege te sterke verwarming het vloerverwar-
mingssysteem, de screed of de opbouw van de
vloer beschadigd kunnen raken.
● Voor de eerste inbedrijfstelling moet de
maximum temperatuurbeperking in de
regeling RoCon BF (parameter [Max T-
Flow]) voor het begin van de emissiemeting
op de maximaal toegestane buitentempe-
ratuur worden ingesteld.
Tijdens de emissiemeting wordt de aanvoertemperatuur van de
verwarming tot de in de parameter [Max T-WP] ingestelde
waarde beperkt. Bij verdere aangesloten externe verwarmings-
circuits probeert de regeling RoCon BF de actuele aanvoertem-
peratuur van het verwarmingscircuit op temperaturen van tussen
de 55 °C en 65 °C te houden.
Om de verwarming tijdens de emissiemting te koelen of
hem zo spoedig mogelijk op temperatuur te brengen,
kan door de verwarming (parameter [Forced Perfor-
mance]) een gedwongen afname resp. een afname-
blokkering aan de verwarmingscircuits worden opgedragen. Met
deze parameter kan ingesteld worden of het verwarmingscircuit
op het verzoek van afname moet reageren of niet.
● Exit-toets ten minste 5 s indrukken.
Menu "Speciale modus" wordt weergegeven.
● Met de draaiknop het programma "Emissiemeting" selec-
teren.
Daikin RoCon
Daikin Regeling
008.1543999_00 – 03/2017 – NL
● Selectie bevestigen met een korte druk op de draaiknop.
Er kan tussen de volgende lastsoorten gekozen worden:
– Uit: De emissiemeting is uitgeschakeld die evt. via de
regeling ingeschakelde verwarming wordt normaal ver-
dergeregeld.
– Basislast: De verwarming wordt ingeschakeld en onaf-
hankelijk van de ingestelde bedrijfsmodus met de mini-
male prestatie van de verwarming gebruikt.
– Vollast: De verwarming wordt ingeschakeld en onafhan-
kelijk van de ingestelde bedrijfsmodus met de maximale
prestatie van de verwarming gebruikt.
● Met de draaiknop de lastsoort "Vollast" selecteren, maar niet
bevestigen.
Displayweergave: "Vollast"
De brander wordt gedurende 30 min ingeschakeld en
tot de vooraf ingestelde maximumtemperatuur verwarmd.
De brander wordt gedurende 30 min ingeschakeld en
op maximale last geregeld.
●
Met de draaiknop de lastsoort "Basislast" selecteren,
maar niet bevestigen.
Displayweergave: "Basislast"
Modulerende gasbrander gaat gedurende 30 min naar
minimale prestatie.
● Annuleren en teruggaan met:
– een nieuwe druk op de Exit-toets of op de draaiknop
– Selectie van een ander menu met de draaischakelaar en
bevestiging.
Speciale modus
Emissiemeting
Manueel
Emissiemeting
Uit
Emissiemeting
Basislast
Emissiemeting
Vollast
Emissiemeting
Vollast
Afb. 3-12 Symbolische beknopte handleiding voor de emissiemeting
3
x
Bediening
Gebruiksaanwijzing
19