De installatie stuurt het signaal om de externe bron in te schakelen en deze verwarmt het water
tot de temperatuur die met de instelling »Max. temperatuur externe bron« bepaald werd. Als
de externe bron na het inschakelen niet beschikbaar is, geeft de installatie de foutmelding E07
(Hoofdstuk 10.2.3).
OPMERKING
INSTELLING: In het menu
EXTERNE BRON (Hoofdstuk 9.3.15.9) kiest u de parameter
installatie-aggregaat«.
OPMERKING
Bij handmatige inschakeling
»Basisbedrijf«
bedrijfsprogramma's voor de waterverwarming en niet door de compressor
gebruiken. Als de temperatuur van de externe bron onder de watertemperatuur in
het waterreservoir daalt (Hoofdstuk 10.2.3), dan wordt de verwarming
onderbroken.
10.2.2.2 »Prioriteit externe bron«
Deze instelling wordt gebruik als een externe verwarmingsbron beschikbaar is waarop de
installatie geen invloed heeft en die onafhankelijk functioneert (houtkachel, haard,
zonnecollectoren). De externe bron vervult de functie van »alternatieve bron«.
Als de externe bron over voldoende warmte (Hoofdstuk 10.2.3) beschikt, wordt de
circulatiepomp van de installatie in gebruik genomen. De verwarming door middel van de
externe bron begint.
OPMERKING
INSTELLING: In het menu
EXTERNE BRON (Hoofdstuk 9.3.15.9) kiest u de parameter
bron«.
OPMERKING
Bij handmatige inschakeling
»Basisbedrijf«
bedrijfsprogramma's voor de waterverwarming en niet door de compressor
gebruiken. Als de temperatuur van de externe bron onder de watertemperatuur in
het waterreservoir daalt (Hoofdstuk 10.2.3), dan wordt de verwarming
onderbroken.
10.2.3 De beschikbaarheid van een externe bron bepalen
De installatie controleert voorwaarden die bepalen wanneer een externe bron beschikbaar is
resp. of deze voldoende warmte heeft. De twee methodes daartoe zijn afhankelijk van het
besturingstype en de besturingswijze van de externe verwarmingsbron:
De externe verwarmingsbron die de installatie door middel van een elektrisch signaal (olie-
/gas-/pelletkachel, externe elektrische verwarming) inschakelt:
Bedrijfsmodus »Prioriteit installatie-aggregaat« is actief. Als de behoeft aan een »externe
bron« verschijnt, wordt deze door middel van een elektrisch signaal automatisch ingeschakeld
door de installatie (tegelijkertijd wordt de circulatiepomp van de externe bron ingeschakeld).
De functie van de externe bron wordt gecontroleerd door de temperatuur (van de externe bron)
te vergelijken met de temperatuur van het warmwaterreservoir.
Als de temperatuur van de externe bron minstens 5°C hoger is dan de temperatuur van het
warmwaterreservoir, dan is de externe bron beschikbaar en kan deze voor de
INSTELLING VAN DE BEDRIJFSPRIORITEIT
van de alternatieve bedrijfsmodus via het menu
(Hoofdstuk
9.3.3)
INSTELLING VAN DE BEDRIJFSPRIORITEIT
van de alternatieve bedrijfsmodus via het menu
(Hoofdstuk
9.3.3)
zal
de
installatie
»Prioriteit externe
zal
de
installatie
»Prioriteit
bij
normale
bij
normale