De CNS O
-klok stijgt wanneer de partiële zuurstofdruk
2
hoger is dan 0,5 bar, en daalt zodra de partiële
zuurstofdruk lager is dan 0,5 bar. Dat betekent dat de
CNS O
-klok altijd daalt wanneer u aan de oppervlakte
2
ademhaalt. Tijdens de duik is de diepte waarop de
0,5 bar wordt bereikt, afhankelijk van het gebruikte
mengsel. Bijvoorbeeld:
Lucht: 13 meter/43 ft
32%: 6 meter/20 ft
36%: 4 meter/13 ft
F
OPMERKING: Als het zuurstofpercentage 80% of
hoger is, staat de ppO
worden gewijzigd.
• Tegen langdurige blootstelling en
herhalingsduiken. Herhalingsduiken en zeer
langdurige blootstelling (technisch duiken en duiken
met rebreather) aan een hoge ppO
werken op de longen. Dit kan worden getraceerd
met OTU's (eenheid voor zuurstofvergiftiging). Onder
OTU-instellingen leest u hoe u uw huidige OTU's
controleert en de teller reset. Als u de OTU's voor de
duik overschrijdt, wordt dit vermeld in het logboek
alarmmeldingen/waarschuwingen zoals hieronder
afgebeeld.
3 .5 .1
Technisch duiken
Voordat u de Galileo 3 voor technische duiken gaat
gebruiken, moet u bij een erkende organisatie een
technische duikopleiding volgen en overeenkomstig
gebrevetteerd worden. Voor decompressieduiken,
duiken met mengsels met een hoog zuurstofpercentage,
duiken met
meerdere gassen en duiken met
menggassen moet u vaardigheden en kennis beheersen
die u uitsluitend kunt leren middels specifieke training en
educatie. Een duikcomputer is een instrument dat geen
beslissingen voor u kan nemen en niet overal rekening
mee kan houden tijdens de duik. Tijdens technische
duiken is een duikcomputer niet het primaire instrument
waar u zich tijdens de duik aan houdt. Vóór de duik
moet u de duik plannen en tijdens de duik moet u zich
aan het plan houden. Als het plan en de computer van
elkaar afwijken, houdt u de meest conservatieve van de
twee aan.
58
max op 1,6 bar – dit kan niet
2
kan toxisch
2
WAARSCHUWING
Het trimixmodel van de Galileo 3 en trimixduiken zijn
ontwikkeld voor gezonde, ervaren duikers met een goede
conditie. U moet zich periodiek laten keuren door een
gespecialiseerde arts, die vervolgens verklaart of u fysiek
wel of niet geschikt bent om te duiken. Dit is in de context
van het technisch duiken van nog groter belang.
Geduld is een uitermate belangrijke eigenschap als u
ingewikkelde duiken maakt. U moet uw persoonlijke
dieptelimiet
en
de
voor
decompressietijd baseren op uw eigen duikervaring, en
naarmate u meer ervaring heeft, uw grenzen geleidelijk aan
verleggen.
De Galileo 3 is niet bestemd voor beroepsduiken. Als
gevolg van speciale procedures, zoals gastoevoer vanaf
de oppervlakte, verwarmde pakken, decompressie in
de hyperbare kamer of klok en lange duiken met zware
inspanning is het mogelijk dat het algoritme onjuiste
berekeningen maakt of dat de Galileo 3 duikcomputer niet
goed werkt.
Duik nooit zonder een back-upinstrument. U moet tijdens de
duik altijd de beschikking hebben over back-upinstrumenten
voor diepte, tijd en flesdruk. Ook moet u onder water een
duiktabel bij zich hebben.
Plan uw duiken vooraf en controleer uw plan aan de hand
van een ander programma van plannen dat verkrijgbaar is, of
een tabel. In uw duikplan moet u altijd rekening houden met
een reservevoorraad gas die voldoende is voor noodsituaties
en/of langere duik-/decompressietijden. Maak altijd een
plan voor onvoorziene omstandigheden.
Technisch duiken is niet geschikt voor iedereen. In het
geval van decompressieduiken, in het bijzonder met
heliummengsels, loopt u meer risico van een ongeval met
blijvend letsel of de dood als gevolg. Hoe groot dit risico
is, hangt samen met de fysieke conditie van de duiker, de
omgevingsomstandigheden, menselijke fouten, enzovoort.
Als u niet bereid bent dit risico te aanvaarden, duikt u dan
niet!
3 .5 .2
Duiken met meerdere gasmengsels
De Galileo 3 is voorzien van de algoritmen ZH-L16D
ADT MB PMG en ZH-L16C+GF PMG. PMG staat
voor Predictive Multi-gas. Dit wil zeggen dat als u
meer dan één gasmengsel programmeert, de Galileo
3 de overschakeling op het gas met een hoger
zuurstofpercentage voorspelt op de diepte die u heeft
opgegeven. De computer waarschuwt u continu in de
vorm van een decompressieschema waarin rekening
wordt gehouden met alle ademgasmengsels die u heeft
geprogrammeerd.
In andere woorden, u krijgt gedurende de gehele duik
credit voor de extra ademgasmengsels die u bij zich
heeft. Tegelijkertijd kan de Galileo 3 u laten zien wat
het decompressieschema is als u de duik voltooit met
het gasmengsel dat u op dat moment ademt. Zo bent
u voorbereid op onvoorziene situaties. Onder PMG
activeren leest u hoe u deze modus op de Galileo 3
inschakelt.
u
maximaal
toelaatbare
GEBRUIKERSHANDLEIDING GALILEO 3