Instelpunt 2 ligt tussen 1,0 en 1,40 bar. Aangezien
aan de oppervlakte geen hogere waarde kan worden
bereikt, wordt voor deze waarde een AMD berekend.
F
OPMERKING: Onder Duiken met modus CCR
leest u meer over deze functie.
2 .2 Duikinstellingen
2 .2 .1
MB level / GF level
Afhankelijk van het decompressie-algoritme dat u
selecteerde in menu 2.8 Deco algoritme (Deco
algorithm), kunt u in menu 2.1 instellen welk
microbellenniveau (MB level) of welke gradiëntfactor
(GF level) u tijdens de duiken wilt aanhouden.
Wat betreft het MB level is level 9 het meest conservatief
en level 0 het minst.
In het geval van de gradiëntfactoren kan GF laag (GF
low) worden ingesteld tussen 5 en 100 en GF hoog (GF
high) tussen 50 en 100.
18
F
OPMERKING: Meer over duiken met microbellenniveaus
leest u onder Duiken met MB levels.
F
OPMERKING: Meer over duiken met gradiëntfactoren
leest u onder Duiken met GF-instellingen.
2 .2 .2
Duikmodus
De Galileo 3 laat u kiezen uit de modi Scuba, Dieptemeter
en Freediven.
Wanneer de Galileo 3 een tijdje niet onder water is
geweest, ziet u dit display:
F
OPMERKING: aangezien in de modi Dieptemeter
en Freediven geen rekening wordt gehouden
met de verzadiging van de weefsels, wordt de
duikcomputer 48 uur vergrendeld wanneer de
laatste duik in de verbinding met Dieptemeter of
Freediven is gemaakt. Daarna pas kunt u de modus
wijzigen in Scuba. Andersom geldt dat als de Galileo
3 hieronder voor het laatst is gebruikt in de modus
Scuba, dan kan de duikcomputer pas naar de modi
Dieptemeter en Freediven worden overgezet zodra
de reststikstoftijd is verstreken.
GEBRUIKERSHANDLEIDING GALILEO 3