Radar
Een MARPA-tag aan een object toewijzen
OpMErKiNg: om MARPA te kunnen gebruiken hebt u een koerssensor en een actief GPS-signaal nodig. De
koerssensor moet het NMEA 2000-parametergroepsnummer (PGN) 127250 van de NMEA 0183 HDM- of HDG-
uitvoertelegram opgegeven.
1. Selecteer in het startscherm radar.
2. Selecteer
Onder
motor,
3. Voer een actie uit:
• Gebruik bij de GPSMAP 6000-serie de tuimelknop om een object of locatie te selecteren.
• Tik bij de GPSMAP 7000-serie op een object of locatie.
Doel
4. Selecteer
Bepaal
Target.
Een MARPA-tag van een doelobject verwijderen
1. Selecteer in het startscherm radar.
2. Selecteer
Onder
motor,
3. Voer een actie uit:
• Gebruik bij de GPSMAP 6000-serie de tuimelknop om een gezocht object te selecteren.
• Tik bij de GPSMAP 7000-serie op een gezocht object.
MArpA Doel
4. Selecteer
Informatie weergeven over een object dat met een MARPA-tag is gelabeld
U kunt het bereik, de peiling, de snelheid en andere informatie over een object bekijken dat met een
MARPA-tag is gelabeld.
1. Selecteer in het startscherm radar.
Onder
motor,
2. Selecteer
3. Voer een actie uit:
• Gebruik bij de GPSMAP 6000-serie de tuimelknop om een gezocht object te selecteren.
• Tik bij de GPSMAP 7000-serie op een gezocht object.
4. Selecteer
MArpA
Doel.
78
Haven
of Buitengaats.
Haven
of Buitengaats.
> Verwijder.
Haven
of Buitengaats.
Doelopties
GPSMAP
6000/7000-serie - gebruikershandleiding
®