Advertenties
Hoofdstuk 2—Onderdelen en de functies ervan
FADER MODE gedeelte
In dit gedeelte kunt u de onderdelen selecteren die door de faders 1–16 op het
bovenpaneel worden bestuurd.
1 [HOME] knop
Als deze knop aanstaat, stellen faders 1–16 het ingangsniveau in van het kanaal
dat is geselecteerd in het MIXING LAYER gedeelte. De HOME pagina verschijnt
in de display, die meters bevat die de ingang/uitgang niveaus van de verschil-
lende kanaals aangeven.
2 [AUX 1]–[AUX 6] knoppen
Als deze knoppen aanstaan, stellen faders 1–16 het stuur niveau in van de signa-
len die worden verstuurd naar AUX 1–6 via de kanalen die zijn geselecteerd in
het MIXING LAYER gedeelte. De AUX 1–AUX 6 pagina's verschijnen in de dis-
play, waarmee u kunt wisselen tussen de pre of post instellingen van de signalen
die via de verschillende kanalen naar AUX 1–6 worden verstuurd.
3 [AUX 7]/[AUX 8] knoppen
Als deze knoppen aanstaan, stellen faders 1–16 het stuur niveau in van de signa-
len die worden verstuurd naar intern effecten 1/2 van de kanalen die zijn gese-
lecteerd in het MIXING LAYER gedeelte. Het AUX7/EFF1 scherm of AUX8/EFF2
scherm verschijnt in de display, zodat u de pre en post instellingen van de signa-
len die via de verschillende kanalen naar interne effecten 1 en 2 wordt verstuurd
kunt wisselen en de effect parameters kunt instellen.
34
— Bedieningshandleiding
FADER MODE
AUX
AUX
AUX
1
2
3
AUX
AUX
AUX
5
6
7
EFF 1
2
HOME
1
AUX
4
AUX
8
EFF 2
3
PROFESSIONAL AUDIO WORKSTATION
FADER MODE
AUX
AUX
AUX
AUX
1
2
3
4
AUX
AUX
AUX
AUX
5
6
7
8
EFF 1
EFF 2
HOME
Advertenties
