6. Verplaats de cursor naar de NAME knop en druk op de [ENTER] knop.
Een NAME EDIT popup scherm verschijnt, waarin u een naam kunt geven aan de
track/regio.
7. Verplaats, als u de naam reeds heeft ingevoerd, de cursor naar de OK
knop en druk op de [ENTER] knop. (Zie pag. 60 voor details over het
invoeren van tekens.)
U keert nu terug naar het scherm van stap 1.
Tip!
U kunt aan een track een naam geven van maximaal 16 tekens. In het TRACK
scherm enzovoorts worden de eerste acht tekens van de naam getoond.
Een naam geven aan een regio
1. Druk, in het RECORDER gedeelte, op de [EDIT] knop
De TR Edit pagina van het EDIT scherm verschijnt.
2. Verplaats de cursor naar het REGION menu en druk op de [ENTER] knop.
Het REGION menu toont de beschikbare wijzigingscommando's.
Wijzigings-
commando's
3. Verplaats de cursor naar het NAME menu en druk op de [ENTER] knop.
De knoppen van het NAME menu verschijnen.
4. Verplaats de cursor naar de REGION knop en druk op de [ENTER] knop.
De cursor verplaatst zich naar het gedeelte onder in het scherm.
Hoofdstuk 9—Track en virtuele track functies
— Bedieningshandleiding
[F1] knop.
155