FR. PAD (van pad)
Selecteert de pad track kopieer bron.
FR. START (van start)
FR. END (van eind)
Bepaalt het begin (FR. START) en het eind (FR. END) van het gedeelte van de pad
track, geselecteerd door FR. PAD, dat gekopieerd moet worden. Het ingestelde
gedeelte wordt als een patroon geselecteerd.
TO PAD
Selecteert de pad track kopieer bestemming.
TO START
Bepaalt de lokatie in de pad track die is geselecteerd door TO PAD waarnaar de
data wordt gekopieerd.
TIMES (aantal keren)
Bepaalt het aantal keren dat de data moet worden gekopieerd. Het patroon dat als
kopieer bron is geselecteerd, wordt een aantal keren gekopieerd.
Kopieer bron
pad track
(FR. PAD)
Kopieer bestemming
pad track
(TO PAD)
INTERVAL
Als u meer dan één keer kopieert, dan bepaalt deze parameter de interval tussen
de kopieer bestemming patronen.
Kopieerbron
pad track
(FR. PAD)
Kopieerbestemming
pad track
(TO PAD)
INSERT
Bepaalt of het patroon in de kopieer bestemming wordt ingevoegd (Insert) of dat
deze de kopieer bestemming overschrijft (OverWrite).
EXECUTE
Deze knop voert daadwerkelijk het kopiëren uit.
FR. START
FR. END
COPY (TIMES= 3)
TO START
FR. START
FR. END
COPY (TIMES= 3)
TO START
INTERVAL
Hoofdstuk 12—Sample pads
— Bedieningshandleiding
199