Hoofdstuk 6—De transport knoppen en het lokaliseren
Naar een bepaald punt springen
U kunt een lokatiepunt direct invoeren als numerieke waarde en vervolgens
wanneer u wilt naar dit punt 'springen'. U doet dat als volgt:
1. Druk, als het afspelen is gestopt, op de [NUM LOCATE] knop in het
Locate gedeelte.
Als u een scherm heeft geselecteerd waar normale transporthandelingen niet
kunnen worden uitgevoerd, zoals het SONG scherm of het MASTERING scherm,
dan kan de [NUM LOCATE] knop niet worden gebruikt, zelfs niet als de cursor
in de teller boven in de display staat.
De cursor verplaatst zich naar de teller boven in de display.
2. Verplaats de cursor, om het lokatiepunt met de [DATA/JOG] dial te selec-
teren, met de CURSOR [
gen en draai aan het [DATA/JOG] dial om de waarde te wijzigen.
3. Verplaats de cursor, om het lokatiepunt met de numerieke knoppen
(knoppen 0–9 in het lokatie gedeelte) in te voeren, naar het laagste
getal van de waarde die u wilt invoeren en voer de waarde direct in met
de numerieke knoppen.
Als tijd weergave (SECOND) is geselecteerd als de teller weergave mode, dan
kunt u de waarde selecteren in uren/minuten/seconden/milliseconden. Als tijds-
code weergave (TIME CODE) is geselecteerd kunt u de waarde selecteren in
uren/minuten/seconden/frames/subframes en als maat weergave (MEASURE) is
geselecteerd als teller weergave mode dan kunt u maten/tellen selecteren.
4. Druk, om de Locate handeling uit te voeren, op de [ENTER] knop.
114
— Bedieningshandleiding
MARK SEARCH
7
8
9
NUM
MARK
LOCATE
LAST REC
LAST REC
4
5
6
AUTO
IN
OUT
SET
PUNCH
1
2
3
REPEAT
A
B
ROLL
BACK
0
CANCEL
RTZ
NO
Cursor
]/[
] knoppen naar het cijfer dat u wilt wijzi-