Afstelling van de parallelliteit van de
maaikast Rider 11 en Rider 13
1. Controleer de luchtdruk van de banden 60 kPa
(0,6 kp/cm
2
).
2. Demonteer de frontkap en de rechter vleugelkap
volgens de beschrijving op bladzijde 20-21.
3. Afstelling van de maaikast in de hoogterichting
wordt uitgevoerd met de afstelmoeren aan de
achterkant van de liftstang.
4. Verhoog de maaikast aan de voorkant door de
liftstang te verkorten.
Verlaag de maaikast aan de voorkant door de
liftstang te verlengen.
5. Draai de moeren naar elkaar vast na de afstelling.
6. Na de uitgevoerde afstelling moet de parallelliteit
opnieuw worden gecontroleerd.
Monteer de rechter vleugelkap en de frontkap.
Afstellen van de parallelliteit van het
maaielement op de Rider 11 Bio en de
Rider 13 Bio
1. Controleer de luchtdruk van de banden 60 kPa
(0,6 kp/cm
2
).
2. Demonteer de frontkap en de rechter vleugelkap
volgens de beschrijving op bladzijde 20-21.
3. Schroef de moer (1) op de parallelliteitsstang
los. Verwijder de vastzetklem (2) en de
parallelliteitsstang.
4. Draai de stang tegen de klok in om de
achterkant van de kap te laten zakken, en met
de klok mee om de achterkant te verhogen.
5. Bevestig de parallelliteitsstang met de
vastzetklem en draai de moer na het afstellen
vast.
6. Na het afstellen moet de parallelliteit van het
element opnieuw gecontroleerd worden.
7. Monteer de rechter vleugelkap en de frontkap.
30
– Nederlands
ONDERHOUD
2