Controle van de rem Rider 11 en Rider
11 Bio
De rem is van het type schijfrem en zit gemonteerd
op de versnellingsbak.
Controleer of de rem juist is afgesteld door de
afstand te meten tussen de remhefboom en de
voorste rand van de uitsparing op het chassis.
De afstand moet zijn 0–1 mm bij een niet aange-
zette rem.
Afstelling van de rem Rider 11 en Rider
11 Bio
1. Maak de borgmoeren (1) los.
2. Strek de draad met de stelschroef (2) zodat de
afstand tussen de remhefboom en de voorste
rand van de uitsparing op het chassis 1 mm is.
3. Draai de borgmoeren (1) na afstelling vast.
Controleren en afstellen van de rem op
de Rider 13 en Rider 13 Bio
Controleer of de rem goed is afgesteld door de
zitmaaier op een flauwe helling te zetten en de rem
te activeren.
Indien de zitmaaier niet stil staat moet de rem
afgesteld worden.
De rem wordt op de volgende manier afgesteld:
1. Maak de borgmoeren (1) los.
2. Strek de kabel met de afstelschroef (2) totdat alle
speling in de kabel verdwijnt.
3. Draai de borgmoeren (1) vast.
4. Na een uitgevoerde afstelling moet de rem
opnieuw worden gecontroleerd.
WAARSCHUWING!
Een slecht afgestelde rem kan
leiden tot een verminderd rem
vermogen.
ONDERHOUD
2
1
1
2
1
1
23
Nederlands –