Waarschuwingen en berichten (vervolg)
Opnemen van stilstaande beelden
uitgeschakeld
• Er kunnen geen stilstaande beelden
worden opgenomen als gevolg van
bepaalde beperkingen van de vaste schijf
van de camcorder. U kunt wellicht wel
films opnemen.
Geen geschikte bestanden
beschikbaar.
• Beeldbestanden zijn verwijderd.
Formatteerfout. Graag formatteren.
• De vaste schijf van de camcorder is
anders ingesteld dan de
standaardindeling. Wanneer [HDD
FORMAT] (p.58) wordt uitgevoerd, kunt
u de camcorder wellicht gebruiken.
Gegevensfout
• Er is een fout opgetreden bij het lezen
van of schrijven naar de vaste schijf van
de camcorder.
Toegangsfout
• Er is een fout opgetreden bij het lezen
van of schrijven naar de vaste schijf van
de camcorder.
Beheerbest.beschadigd. Nieuw
bestand maken?
• Het beeldbeheerbestand is beschadigd.
Als u [JA] aanraakt, wordt een nieuw
beeldbeheerbestand gemaakt. Wanneer
een nieuw beheerbestand wordt
gemaakt, kunnen de oude beelden die
zijn opgenomen op de vaste schijf van de
camcorder, niet worden afgespeeld.
(Beeldbestanden worden niet
beschadigd.)
In dit geval kopieert u de beeldbestanden
naar de computer door de procedure uit
te voeren van het gedeelte voor
bestanden kopiëren naar een computer in
de "Handleiding van de
computertoepassingen".
90
Bufferoverloop
• De valsensor neemt een val van de
camcorder waar en u kunt het beeld niet
opnemen. Stel de valsensor in op [UIT]
en u kunt proberen het beeld opnieuw op
te nemen.
Gegevens worden hersteld
Voorkom trillingen
• Er wordt geprobeerd de gegevens
automatisch te herstellen als het
schrijven van gegevens niet correct is
uitgevoerd.
Kan gegevens niet herstellen
• Het schrijven van gegevens op de vaste
schijf van de camcorder is mislukt. Er is
geprobeerd de gegevens te herstellen,
maar dit is niet gelukt.
x PictBridge-compatibele printer
Controleer het aangesloten apparaat.
• Schakel de printer uit en weer in. Koppel
vervolgens de USB-kabel (bijgeleverd)
los en sluit deze weer aan.
Sluit de camcorder aan op een
PictBridge-compatibele printer.
• Schakel de printer uit en weer in. Koppel
vervolgens de USB-kabel (bijgeleverd)
los en sluit deze weer aan.
Fout.Annul. de taak.
• Controleer de printer.
Kan niet afdr. Controleer de printer.
• Schakel de printer uit en weer in. Koppel
vervolgens de USB-kabel (bijgeleverd)
los en sluit deze weer aan.