Naaisteken
h
Selecteer steek.
Nr.
1-03
Steek
• Voor meer informatie, zie "Stekentabel" op
pagina 41.
Opmerking
• Wanneer u ritsvoet "I" gebruikt, moet u de rechte
steek selecteren (middelste naaldstand) en het
handwiel langzaam naar u toe (tegen de klok in)
draaien om te controleren of de naald de persvoet
niet raakt.
Doorstikken van de rits.
i
1
3
2
4
1 Stiksel
2 Voorkant van de stof
3 Rijgsteek
4 Einde ritsopening
VOORZICHTIG
• Zorg bij het naaien dat de naald de rits niet
raakt. Anders kan de naald breken en letsel
veroorzaken.
Memo
• Als de persvoet in contact komt met de
ritsschuiver, laat u de naald omlaag (in de stof)
staan en zet u de persvoet omhoog. Nadat u de
ritsschuiver hebt verplaatst, zodat deze niet meer in
contact komt met de persvoet, zet u de persvoet
weer omlaag en gaat u door met naaien.
j
Verwijder de rijgsteken.
Applicaties en patchwork
■ Applicatiesteken naaien
a
Rijg of lijm de applicatie op de basisstof om deze vast
te zetten.
BELANGRIJK
• Als de applicatie met lijm wordt vastgehouden
op de stof, breng dan geen lijm aan op stukken
die worden genaaid met de machine. Als de
lijm zich hecht aan de naald of het spoelhuis,
raakt de machine mogelijk beschadigd.
52
b
Bevestig zigzagvoet "J".
c
Selecteer een steek.
Nr.
1-28
Steek
• Voor meer informatie, zie "Stekentabel" op
pagina 41.
d
Draai het handwiel naar u toe (tegen de klok in) en
begin te naaien rond de rand van de applicatie; let op
dat de naald net buiten de applicatie neerkomt.
Wanneer u ronde hoeken naait, stopt u de machine met
de naald in de stof net buiten de applicatie, brengt u de
persvoethendel omhoog en draait u vervolgens de stof
om de naairichting te wijzigen.
■ Patchwork (fantasiequiltsteek)
Vouw de rand van het bovenste stuk stof en plaats deze
a
op het onderste stuk.
b
Bevestig zigzagvoet "J".
c
Selecteer een steek.
• De hieronder weergegeven steken zijn voorbeelden.
Selecteer de gewenste steek.
Nr.
1-28
Steek
• Voor meer informatie, zie "Stekentabel" op
pagina 41.
d
Naai de twee stukken stof aan elkaar, zodat het
steekpatroon beide stukken omspant.
Gebruik, indien nodig, spelden.
VOORZICHTIG
• Naai niet over de spelden heen. Anders kan de
naald breken en hierdoor kunt u letsel
oplopen.
1-29
2-03
2-04
2-07
2-08
2-09