6.
Optioneel toebehoren
6.2.4 Universele cassetteklem
65
In de universele cassetteklem (UCK) kunnen Leica/Surgipath-cassettes met een mini-
male afmeting van 39,8 x 28 mm en een maximale afmeting van 40,9 x 28,8 mm, zowel
horizontaal als verticaal, worden geklemd.
Bij gebruik van andere, in het bijzonder dunwandige cassettes, kan het tot een vervor-
ming van de cassette leiden of andere problemen met de klemming veroorzaken. Con-
stateert de gebruiker bij het klemmen van de cassette dat deze niet stabiel is geklemd,
moet een andere spanklem worden gebruikt.
Bij gebruik van cassettes met gevormde deksels moet na het verwijderen van de dek-
sel erop gelet worden dat de breukkant van het stabiel klemmen van het preparaat niet
belemmerd wordt, indien nodig moet het preparaat horizontaal worden geklemd.
Vóór het klemmen van de cassette in de universele cassetteklem dient de overtollige
paraffine aan de buitenkant van de cassette te worden verwijderd, om het stabiel klem-
men van de cassette te waarborgen.
Paraffinehechtingen aan de buitenkant van de cassette kunnen tot vervuilingen van de
universele cassetteklem leiden. De vervuiling belemmerd het stabiel klemmen van de
cassette en kan tot dikke/dunnen coupes, chattern binnen de coupe en in het ergste
geval tot beschadiging van het preparaat leiden. De gebruiker moet vóór het snijden de
stabiele klemming van het preparaat controleren en indien nodig de universele casset-
teklem overeenkomstig de gegevens in hoofdstuk 8.1 "Reiniging en onderhoud - Univer-
sele cassetteklem" bevrijden van paraffinehechtingen.
48
60
Afb. 37
Het laboratoriumpersoneel MOET vóór
het snijden de correcte, vaste beves-
tiging van de cassette in de universele
cassetteklem controleren.
• Trek de hendel (60) naar voren.
• Plaats de cassette (65) horizontaal of verticaal.
• Laat voor klemmen van de cassette de hendel
(60) los.
Gebruiksaanwijzing, V 2.3 RevJ – 06/2018