Herfasering van de arm
LET OP
Vooraleer handelingen uit te voeren, moet u
controleren of de uitschuifelementen van de
telescopische arm niet ontregeld zijn: als dit het geval
is, moet u dit probleem oplossen door rechtstreeks
te handelen op het voorziene commando voor het
sluiten van de uitschuifelementen tot die volledig zijn
ingetrokken.
Een ontregeling van meer dan 50 mm brengt risico
met zich mee dat de hydraulische leidingen in de
arm kunnen breken.
Transmissieriem
LET OP
Voer werkzaamheden op de riemoverbrenging alleen
uit als de motor uit staat! Na reparatie-interventies
moet u controleren of alle beschermingen opnieuw
gemonteerd zijn en of u geen gereedschappen op de
motor hebt laten liggen.
Controle riemspanning
Om de spanning van de riemen te controleren, brengt u
de arm van de indicator 1 in de tester naar beneden.
Leg de geleider 3 tussen twee riemschijven op de
trapezoïdale riem 2. Nu moet de stop lateraal zijn.
Druk de toets 4 in de rechterhoek ten opzichte van de
trapezoïdale riem 2 gelijkmatig in tot u de veer hoort
klikken.
Breng de tester voorzichtig omhoog, zonder de positie
van de arm van de indicator 1 te wijzigen.
Lees de waarde op het intersectiepunt (pijl), schaal 5
en de arm van de indicator 1.
Corrigeer de spanning eventueel en herhaal de meting.
U kunt de tester van de spanning van de riemen
bestellen via de klantendienst.
84
Vervanging
1 schroef - 2 schroef - 3 schroef - 4 regelsleutel.
Om de transmissieriem te vervangen:
- draai de moer en de contramoer los,
- verwijder de generator boven de regelsleutel in de
richting B tot de riem los komt,
- neem de riemen weg en plaats nieuwe riemen,
- plaats de generator terug boven de regelsleutel in de
richting A tot de riem correct opgespannen is,
- controleer de spanning van de riem:
voorspanning 650 ± 50 Nm
correctie spanning 400 ± 50 Nm
- haal de moer en de contramoer aan.
Aandraaimoment:
Motorolie
Geen werkzaamheden uitvoeren als de motor aan
het werk is!
Verboden te roken of vrije vlammen te gebruiken!
Gevaar voor brandwonden!
Tijdens werkzaamheden aan het smeeroliesysteem
moet u voor een maximale reiniging zorgen. Maak de
zone rond de betreffende componenten af en toe
schoon.
Droog vochtige punten met een luchtstraal. Houdt u
aan de veiligheidsrichtlijnen en aan de specifieke
plaatselijke normen voor het hanteren van smeerolie.
DEEL ONDERHOUD
B↔A
schroef 1
schroef 2
schroef 3
LET OP
30 Nm
42 Nm
30 Nm