Inhoudsopgave
Advertenties
Nooduitgang
Op de rechter stijl in de cabine bevindt zich een rood
hamertje; dit hamertje dient om in geval van nood de
ruiten van het portier en/of de achterruit kapot te
slaan zodat de bestuurder naar buiten kan.
Probeer niet de voorruit als nooduitgang te gebruiken:
het glas van de voorruit is gelaagd glas en kan dus wel
kapot gaan, maar niet breken.
Voor het vervangen van de gebroken ruiten contact
opnemen met uw dealer.
Bestuurdersstoel
De bestuurdersstoel is volgens de wet ontworpen om
een correcte houding te begunstigen en spier- en
skeletaandoeningen ten gevolge van langdurig werken
te voorkomen.
2
1
5
Stel altijd de stoel af naar gelang uw lichaamsbouw
voor een maximaal comfort.
Er wordt aangeraden de stoel in de beschreven
volgorde af te stellen.
42
4
3
6
DEEL WERKING
Stoelvering
Draai aan de stelring 1 van de stoelvering om er de
voorbelasting van te regelen.
De afstelling is correct als het nummer op de ring
ongeveer overeenstemt met het gewicht van de
bestuurder, met kleding inbegrepen.
Zitting in de lengte verplaatsen
Gebruik de hendel 2 om de zitting in de lengte te
verplaatsen. Met deze hendel blijven de armleuning
en de bijbehorende bedieningselementen op hun
plaats.
Deze afstelling is correct als u, met de armen op de
armleuningen gerust, de joystick kunt vastpakken
zonder uw ellebogen te verplaatsen.
Afstelling van de stoelhoogte
Gebruik de hendel 3 om de stoel omhoog of omlaag te
zetten ten opzichte van het loopvlak.
Deze afstelling is correct als de knieën van de
bestuurder, met zijn voeten op de grond, in een rechte
hoek gebogen zijn.
Bestuurdersplaats in de lengte verplaatsen
Gebruik de hendel 4 om de bestuurdersplaats in de
lengte te bewegen. Met deze hendel bewegen
de armleuningen
en
bedieningselementen samen met de zitting.
Deze afstelling is correct als de bestuurder makkelijk
bij alle pedalen kan komen en deze niet verhinderen
om de voeten op de vloer te kunnen zetten.
Rugleuning afstellen
Gebruik de hendel 5 aan de linkerkant van de
rugleuning om hem goed schuin te zetten ten opzichte
van de zitting.
Deze afstelling is correct als de rug van de bestuurder,
rechtop zittend, met zijn benen een hoek vormt van
ongeveer 95° ±5°.
Lendesteun
Draai aan de stelpen 6 om de lendesteun in de
gewenste stand te zetten.
De lendesteun kan in twee standen worden afgesteld.
Selecteer de stand waarin de meest relaxte positie van
de rug begunstigd wordt.
de
desbetreffende
Advertenties
Inhoudsopgave
