Inhoudsopgave
Advertenties
Yacht-consolebediening met twee hendels en DTS-trackpad
Functies en bediening van Yacht-consolebediening met twee hendels en DTS-trackpad
1.
Schakelen en gas worden geregeld met het verstellen van de bedieningshendel. Duw de bedieningshendel naar voren
vanuit neutraal tot aan de eerste arreteerstand om de schakelstand op vooruit te zetten. Duw hem verder naar voren
om het toerental te verhogen. Trek de bedieningshendel naar achteren vanuit neutraal tot de eerste arreteerstand om
de schakelstand in de achteruit te zetten. Blijf naar achteren trekken om de snelheid te verhogen.
2.
Neutraallampjes - De neutraallampjes gaan branden wanneer de motor in de neutrale stand staat. De lampjes
knipperen als de motor in de alleen-gasmodus staat.
NB: De positie van de versnelling wordt bepaald door de positie van de schakelhefboom, niet door de positie van de
bedieningshendel.
3.
Knop Troll (langzaam varen) - TROLL heeft twee specifieke functies, afhankelijk van het type aandrijving dat op de
boot is geïnstalleerd.
•
Wanneer de aandrijving is voorzien van de troll-functie, maakt de modus het mogelijk om door bediening van de
transmissie het vaartuig te gebruiken bij zeer lage snelheden. De transmissie kan het schroeftoerental verlagen
tot minder dan het motortoerental. De hendels worden zo afgesteld dat de eerste 25% van het hendelbereik voor
langzaam varen is. Tussen 26% en 100% van het hendelbereik is voor het gebied tussen stationair en maximaal
motortoerental. Deze functie mag niet voor aanlegmanoeuvres worden gebruikt. Om de trollregeling uit te
schakelen, drukt u op de knop TROLL, zet u de gashendel naar een andere stand of zet u de motor in z'n vrij.
4.
Knop Transfer (besturingsoverdracht) - Als de knop TRANSFER wordt ingedrukt, kan de bediening van de motor vanaf
een ander dashboard worden overgedragen. Zie Besturingsoverdracht.
5.
Knop Dock (aanleggen) - Als u op de knop DOCK drukt, wordt de aanlegmodus gestart. In de aanlegmodus wordt het
gasvermogen tot ongeveer 50% van het normale vermogen gereduceerd. Om de aanlegmodus uit te schakelen,
schakelt u de motor naar neutraal en drukt u op de knop DOCK.
6.
Knop Alleen-gas - Er zijn twee methoden voor het inschakelen van de bedrijfsmodus 'alleen-gas'. Met de alleen-
gasmodus kan de operator de gasklepstand regelen zonder de versnelling te schakelen. Deze functie is handig voor
het opwarmen van de motor. De eerste methode kan worden ingeschakeld terwijl de motor draait. De tweede methode
kan alleen worden ingeschakeld voordat de motor is gestart en wordt als neutraalbeveiligingsfunctie beschouwd.
a.
Om de alleen-gasmodus in te schakelen:
•
Zet de bedieningshendel in de stationair/neutraalstand.
•
Druk op de knop THROTTLE ONLY en zet de bedieningshendel vooruit naar de voorste arreteerstand. De
hoorn klinkt een keer en het neutraallampje begint te knipperen. De hoorn klinkt twee keer als de functie
alleen-gas is ingeschakeld.
•
Zet de bedieningshendel naar voren om het motortoerental op te voeren.
b.
Om de alleen-gasmodus uit te schakelen:
•
Zet de bedieningshendel naar de stationair/neutraalstand en druk op de knop THROTTLE ONLY.
BELANGRIJK: Door de bedieningshendel naar de stationair/neutraalstand te zetten wordt de alleen-gasmodus
niet uitgeschakeld. De THROTTLE ONLY-knop op de DTS-trackpad moet worden ingedrukt om de alleen-
gasmodus uit te schakelen en de motor in versnelling te zetten.
•
Wacht totdat het motortoerental zich tot stationair heeft gestabiliseerd voordat u de motor in versnelling
schakelt.
a.
Om de alleen-gasmodus met neutraalbeveiliging in te schakelen:
•
Zet de bedieningshendel op de voorste arreteerstand.
•
Start de motor.
b.
Om de alleen-gasmodus met neutraalbeveiliging uit te schakelen:
•
Zet de bedieningshendel op de neutraalstand.
•
Wacht totdat het motortoerental zich tot stationair heeft gestabiliseerd voordat u de motor in versnelling
schakelt.
90-8M0112119
JULI 2015
nld
N
R
F
O
78
78
Hoofdstuk 3 - Op het water
O
24559
Bladzijde 23
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
