KERN PLJ_N Versie 3.0 12/2009 Gebruiksaanwijzing Elektronische Precisieweegschalen Inhoudsopgave Technische gegevens ..................4 Conformiteitverklaring ..................7 Fundamentele aanwijzingen (algemeen) ............9 Reglementair gebruik....................... 9 Ongeoorloofd gebruik......................9 Waarborg........................... 9 Toezicht op de testmiddelen ....................9 Essentiële veiligheidsinstructies ..............10 Aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing in acht nemen ............. 10 Scholing van het personeel....................
Pagina 3
Gebruikermenu....................24 Navigatie in het menu ......................26 Basiswerking....................27 10.1 Eenvoudig wegen........................27 10.2 Wegen met tarra ........................27 10.2.1 Tarreren ..........................27 10.2.2 Tarra wissen......................... 27 10.3 Standaard weegeenheid ......................28 10.4 Omschakeling van de weegeenheid..................29 10.5 Ondergrondse weging ......................
Pagina 6
KERN PLJ 750-3N Weegbereik (max.) 750 g Afleesbaarheid (d) 1 mg Reproduceerbaarheid 15 mg Lineariteit ± 3 mg Overgangstijd (typisch) 4 sec Minimaal gewicht per stuk bij 5 mg telling van het aantal stuks Opwarmtijd 4 uren Referentieaantallen bij telling 10, 20, 50, vrij kiesbaar van het aantal stuks Weegeenheden...
3 Fundamentele aanwijzingen (algemeen) 3.1 Reglementair gebruik De door u aangekochte weegschaal dient om de weegwaarde van te wegen goed te bepalen. Z is voor het gebruik als "niet-automatische weegschaal" voorzien. Dit betekent dat het te wegen goed met de hand voorzichtig en in het midden van de weegplaat aangebracht wordt.
4 Essentiële veiligheidsinstructies 4.1 Aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing in acht nemen Neem deze gebruiksaanwijzing vóór de installatie en inbedrijfstelling zorgvuldig door, ook indien u met weegschalen van de firma KERN reeds ervaring opgedaan hebt. 4.2 Scholing van het personeel Het apparaat mag uitsluitend door geschoolde medewerkers bediend en onderhouden worden.
6 Uitpakken, installatie en inbedrijfstelling 6.1 Opstelplaats, inzetgebied De weegschalen zijn zodanig geconstrueerd, dat er in de gebruikelijke gebruiksomstandigheden betrouwbare weegresultaten behaald worden. Exact en snel werkt u indien u de juiste plaats van installatie voor uw weegschaal kiest. Naam daarom op de plaats van installatie het volgende in acht: •...
6.2.1 Installeren Opbouw van de weegschaal: Alle onderdelen in overeenstemming met afbeelding monteren. Om de aarding van het weegschaalplateau te verzekeren, de ontvanger (2) van achteren rechts plaatsen. Modellen afleesbaarheid d = 1 mg: Modellen afleesbaarheid d = 10 mg: De weegschaal met stelschroeven waterpas maken totdat de luchtbel in de luchtbelwaterpas zich in de voorgeschreven cirkel bevindt.
6.3 Netaansluiting De stroomvoorziening gebeurt door middel van het externe voedingsapparaat. De opgedrukte spanningswaarde moet met de lokale spanning overeenstemmen. Maak enkel gebruik van originele voedingsapparaten van de firma KERN. Het gebruik van andere fabrikaten vereist de toestemming van de firma KERN. Bij aansluiting op de stroomvoorziening voert de weegschaal een inschakeldiagnose door.
Pagina 14
Justering met intern gewicht Start automatisch (hoofdstuk 7.1) 1. Temperatuurgestuurd (hoofdstuk 7.1) Bij een temperatuurwijziging van 3 °C kondigt de weegschaal met volgende melding de interne justering aan: 2. Tijdgestuurd (Hoofdstuk 7.1) Na het verstrijken van een in het menu (P1.5 CALt) vastgelegd tijdinterval (1 –...
7.1 Automatische justering met intern gewicht Met het ingebouwde justeergewicht is de nauwkeurigheid van de weegschaal op ieder moment controleerbaar en opnieuw instelbaar. De automatische justeerfunctie is altijd actief. U kunt de justering ook te allen tijde met de hand door het indrukken van de toets CAL starten. De automatische justering wordt gestart wanneer de weegschaal •...
Justeerfuncties „P1 CAL“ P1.1 iCAL [Interne justering] P1.2 ECAL [Externe justering] Niet gedocumenteerd P1.3 tCAL [Justeertest] P1.4 ACAL both/nonE/tenno/tinnE [Criteria voor de start van de autom. justering] P1.5 CALt 1 h ÷ 12h [Tijdinstelling voor start van de autom. justering] P1.6 CALr YES/no...
7.2.2 Justeertest – „tCAL“ Hier wordt de afwijking ten opzichte van de laatste justering vastgesteld. Er vindt enkel een controle plaats, wat betekent dat er geen waarden gewijzigd worden. Bediening: Display: 0.0000 g Weegschaal met inschakelen P1 CAL indrukken P1.1 iCAL indrukken herhaaldelijk indrukken Gelieve erop te letten dat er P1.3 tCAL...
7.2.3 Criteria voor de start van de automatische interne justering– „ACAL“ Aanwijzing: Bij ijkbare apparaten is deze functie geblokkeerd [Er 9 lock]. Bediening: Display: 0.0000 g Weegschaal met inschakelen P1 CAL indrukken P1.1 iCAL indrukken P1.4 ACAL herhaaldelijk indrukken totdat de functie „ACAL“ verschijnt nonE Toets indrukken de actuele instelling knippert Met de pijltjestoetsen (...
7.2.4 Tijdinstelling voor de start van de automatische interne justering – „CAL t“ Aanwijzing: Bij ijkbare apparaten is deze functie geblokkeerd [Er 9 lock]. Het tijdinterval, nadat de automatische justering gestart dient te worden, wordt onder dit menupunt als volgt ingesteld: Bediening: Display: 0.0000 g...
7.2.5 Afdruk justeerverslag – „CAL r“ Onder dit menupunt kan de functie voor de afdruk van de justeergegevens geactiveerd worden. Functie activeren/deactiveren: Bediening: Display: 0.0000 g Weegschaal met inschakelen P1 CAL indrukken P1.1 ECAL indrukken P1.6 CALr Modellen PLJ herhaaldelijk indrukken totdat de functie „CALr“ verschijnt P1.3 CALr Modellen PLS indrukken de actuele instelling knippert...
Gegevensuitvoer van het justeerverslag: De inhoud van de gegevensuitvoer wordt in het menu P2 GLP vastgelegd. Alle op „YES“ gezette parameters verschijnen. Voorbeeld: P2 GLP P2.1 P2.2 P2.3 Ptin P2.4 PdAt P2.5 P2.6 PPrJ P2.7 P2.8 PFrn 7.3 IJking Algemeen: In overeenstemming met de EG-richtlijn 90/384/EEG moeten weegschalen geijkt zijn als ze als volgt gebruikt worden (wettelijk geregeld toepassingsgebied): a) In het zakelijke verkeer wanneer de prijs van een artikel door weging bepaald...
Pagina 22
Positie van de "zegelmerktekens": Positie van de zegelmerktekens Weegschalen, die verplicht geijkt moeten worden, moeten buiten werking gesteld worden als: het weegresultaat van de weegschaal buiten de verkeersfoutgrens ligt. Weegschaal daarom op regelmatige tijdstippen met bekend testgewicht (ca. 1/3 van de maximale belasting) belasten en met displaywaarde vergelijken. Datum voor het extra ijken verstreken is.
8 Bedieningselementen 8.1 Display met achtergrondverlichting Zeer contrastrijk display, dat ook in het donker afgelezen kan worden. 8.2 Toetsenbordoverzicht in de weegmodus Toets Functie • In- / uitschakelen • Oproep justeerfunctie • Functietoets (wijzigen van parameters bij gekozen functie) • Omschakeltoets in de modi •...
9 Gebruikermenu Het gebruikersmenu beschikt over zeven hoofdmenu’s (P1 – P7), die in volgende submenu’s onderverdeeld worden: P1 CAL [Justering] P1.1 iCAL [Interne justering] uitsluitend PLJ Niet gedocumenteerd P1.2 ECAL [Externe justering] P1.3 tCAL [Justeertest] P1.4 ACAL both/nonE/tenno/tinnE [Criteria voor de start van de autom. justering] P1.5 CALt 1 h ÷...
9.1 Navigatie in het menu Overzicht van het toetsenbord in het menu: Toets Functie • Oproep hoofdmenu • Menukeuze • Bevestigen van de menukeuze • Oproep submenu • Met de toetsen gebeurt de parameterselectie binnen een functie c.q. wordt de waarde voor het geselecteerde cijfer of getal verhoogd/verlaagd.
10 Basiswerking 10.1 Eenvoudig wegen Weegschaal met de toets ON/OFF inschakelen en nulaanduiding [ a ] afwachten. Indien de weegschaal ondanks een ontlaste weegbak niet exact „Nul“ aangeeft, drukt u de TARE-toets in en begint de weegschaal met de terugstelling op „Nul“. Met de toets UNIT kan er naar de verschillende weegeenheden [g], [mg], [ct] omgeschakeld worden.
10.3 Standaard weegeenheid De geselecteerde gewichtseenheid blijft ook na verbreking van het stroomnet bestaan. Menu P5 Unit oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ De op het gegeven moment ingestelde weegeenheid knippert [g] ↔ [mg] ↔ [ct] ● Toets zo vaak indrukken totdat de gewenste weegeenheid (zie hoofdstuk 1 „Technische gegevens“) verschijnt ⇒...
10.4 Omschakeling van de weegeenheid Omschakelmogelijkheid van een gewichtseenheid door meermaals de toets UNIT in te drukken: [g] → [mg] → [ct] 10.5 Ondergrondse weging Met behulp van de ondergrondse weging kunnen voorwerpen, die omwille van hun omvang of vorm niet op de weegschaal gezet kunnen worden, gewogen worden. Ga als volgt te werk: •...
Menufunctie “P6 Func” - modi In het menu „6.1.FFun“ kunnen er functies geselecteerd worden, die de operator dan ter beschikking gesteld krijgt zonder iedere keer naar het menu te moeten gaan. Alle geactiveerde modi kunnen rechtstreeks via de toets opgeroepen worden. Oproepen van het menu: ⇒...
Pagina 31
Instellingen met de PRINT-toets bevestigen. Er volgt een sprong terug naar het submenu 6.1.FFun. Terug naar de weegmodus: Toets TARE herhaaldelijk indrukken totdat de gegevensopvraag „SAVE?” verschijnt. Gegevensopvraag met PRINT-toets bevestigen om de doorgevoerde wijzigingen op te slaan en om naar de weegmodus terug te keren. -of- TARE toests indrukken om zonder op te slaan naar de weegmodus terug te keren...
11.1 Instellingen voor de functie P4.1 FFun „ALL“ Hier wordt de keuze gemaakt van de menupunten, die dan met de toets opgeroepen kunnen worden. ⇒ ⇒ Terug naar de weegmodus: Toets TARE herhaaldelijk indrukken totdat de gegevensopvraag „SAVE?” verschijnt. Gegevensopvraag met PRINT-toets bevestigen om de doorgevoerde wijzigingen op te slaan en om naar de weegmodus terug te keren.
11.2 Hoeveelheden Voordat de weegschaal stukken kan tellen, moet ze het gemiddelde gewicht per stuk (de zogenaamde referentie) kennen. Daarvoor moet er een bepaald aantal van de te tellen stukken opgelegd worden. De weegschaal stelt het totale gewicht vast en deelt het door het aantal stukken (het zogenaamde referentieaantal).
Pagina 34
Referentie vormen: Zoveel te tellen stukken opleggen als het ingestelde referentieaantal verlangt. ⇒ ⇒ ⇒ zo nodig: tarreren ⇒ Referentiegewicht afnemen. De weegschaal bevindt zich thans in de modus “Aantal stuks” en telt alle stukken, die zich op de weegplaat bevinden. •...
Pagina 35
− Ingevoerd referentieaantal met de PRINT-toets bevestigen − Op het display verschijnt „LoAd“ − Zoveel te tellen stukken op de weegplaat leggen als het ingestelde referentieaantal verlangt, met de PRINT-toets bevestigen. Aanwijzing: Indien er zich bij het indrukken van de PRINT-toets geen stukken op de weegplaat bevinden, verschijnt even „Lo“...
11.3 Wegen met tolerantiegebied Bij het wegen met tolerantiegebied zijn een maximale en een minimale grenswaarde individueel programmeerbaar. Bij controles van de toegestane afwijking, zoals het doseren, het in porties verdelen of sorteren, geeft de weegschaal het overschrijden of het niet bereiken van de grenswaarden met het verschijnende tolerantiemerkteken aan.
Pagina 37
• Laagste tolerantiegrens „Lo“ bepalen 0000.000 008.8900 − Met de pijltjestoetsen het te wijzigen cijfer selecteren, het telkens actieve cijfer knippert − Met de pijltjestoetsen het cijfer selecteren − Met de PRINT-toets het ingevoerde, onderste tolerantiemerkteken bevestigen • Hoogste tolerantiegrens „Hi“ bepalen 000.0000 009.5500 −...
Pagina 38
De weegschaal bevindt zich nu in de modus “Wegen met controle”. Te wegen goed opleggen, de controle van de toegestane afwijking wordt gestart. 0.000 Aanwijzing: Bij een ongeoorloofde invoer, zoals bijvoorbeeld minimale tolerantiegrens hoger dan maximale tolerantiegrens, zorgt de weegschaal voor een foutmelding en keert ze automatisch terug naar de weegmodus.
11.4 Procentuele bepaling De procentuele bepaling maakt de gewichtsaanduiding in procent, gebaseerd op een referentiegewicht, mogelijk. 11.4.1 Vaststelling van het referentiegewicht door weging (Functie F4 PrcA) • Functie oproepen ⇒ ⇒ ⇒ • Referentie vormen − Referentiegewicht opleggen − Met de PRINT -toets bevestigen. −...
11.4.2 Vaststelling van het referentiegewicht door numerieke invoer (functie F4 Prcb) • Functie oproepen ⇒ ⇒ ⇒ • Referentie vormen − Met het knipperende display wordt u aangemaand, het referentiegewicht in te voeren ⇒ − Met de pijltjestoetsen het te wijzigen cijfer selecteren, het telkens actieve cijfer knippert.
• Terug naar de weegmodus ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ 11.5 Dichtheidsbepaling – functies „d_Co“ en „d_Li“ Doorvoering van de dichtheidsbepaling van vaste stoffen en vloeistoffen: zie bedieningshandleiding „Dichtheidsset“ PLJ_N-BA-nl-0930...
12 Menufunctie „P2 GLP“ - GLP/ISO-protocollering In kwaliteitsborgende systemen worden er afdrukken van weegresultaten, wordt ook een correcte justering van de weegschaal met vermelding van datum en tijdstip en wordt er ook een identificatie van de weegschaal verlangd. Het gemakkelijkst is dit via een aangesloten printer mogelijk.
Pagina 43
⇒ Het eerste cijfer knippert ⇒ Met de toetsen wordt de getallenwaarde gewijzigd. ⇒ Met de toetsen volgt de selectie van het cijfer naar links/rechts (het telkens actieve cijfer knippert). ⇒ Invoer met -toets bevestigen Voorbeeld: Gegevensinvoer HEMN Met de pijltjestoetsen gebruikersnaam of –nummer (max. 8 karakers) invoeren Gegevensuitvoer: KERN...
Pagina 44
indrukken, het eerste cijfer knippert Met de pijltjestoetsen projectnaam of –nummer (max. 8 karakters) invoeren Instelling met bevestigen. De weegschaal keert terug naar het P2.2 PrJ menu. indrukken, het volgende menupunt „P2.3 Ptin“ voor de uitvoer P2.3 Ptin van het tijdstip verschijnt. indrukken de actuele instelling knippert Met de pijltjestoetsen kunt u uit volgende instellingen een keuze...
13 Menufunctie “P3 rEAd” basisinstellingen In het menu „P3 rEAd” kunnen er apparaatinstellingen gewijzigd en functies geactiveerd worden. Daardoor is een aanpassing aan individuele weegbehoeften mogelijk. 13.1 Filterinstellingen Onder dit menupunt kan de weegschaal voor bepaalde omgevingsomstandigheden en meetdoeleinden aangepast worden. Menu oproepen: ⇒...
13.2 Display “Stilstandcontrole” Menu oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒ bevestigen * Met de pijltjestoetsen ( ) kan er uit volgende instellingen een keuze gemaakt worden FASt_rEL = stilstandcontrole snel FASt = stilstandcontrole snel + nauwkeurig = stilstandcontrole nauwkeurig...
13.3 Auto-Zero Met deze functie worden de afwijkingen van de nulaanduiding getarreerd. Menu oproepen ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt (“no” = “Uit”, “yes” = “Aan”) ⇒ bevestigen Terug naar de weegmodus: TARE-toets herhaaldelijk indrukken totdat de gegevensopvraag „SAVE?”...
13.4 Wijzigen van de leesbaarheid – cijfer na de komma Bij de weegschalen kan de afleesbaarheid zo nodig met één cijfer verminderd worden. De laatste decimaal wordt in dit geval afgerond en uit het display verwijderd. Menu oproepen ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒...
14 Menufunctie “P7 othEr”-nog andere nuttige functies Hier kunnen er parameters bepaald worden, die de bediening van de weegschaal beïnvloeden, zoals bijvoorbeeld achtergrondverlichting en toetsgeluiden. 14.1 Achtergrondverlichting van het display Menu oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒...
14.2 Akoestisch signaal voor toetsbediening Menu oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt (“no” = “Uit”, “yes” = “Aan”) ⇒ bevestigen Terug naar de weegmodus: TARE-toets herhaaldelijk indrukken totdat de gegevensopvraag „SAVE?” verschijnt.
14.3 Afdruk van de weegschaalparameters Menu oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ Toets F indrukken, de uitvoer van de weegschaalparameters gebeurt door middel van het RS 232 interface PLJ_N-BA-nl-0930...
15.4 Menufunctie “ P4 Print ” - RS 232C parameter 15.4.1 Instelling transmissiesnelheid „P4.1 bAud” Menu oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒ bevestigen * Met de pijltjestoetsen ( ) kan er uit volgende instellingen een keuze gemaakt worden •...
15.4.2 Continue uitvoer in standaard weegeenheid „P4.2 CntA” Menu oproepen: ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒ bevestigen * Met de pijltjestoetsen ( ) kan er uit volgende instellingen een keuze gemaakt worden CntA no Functie gedeactiveerd...
15.4.3 Continue uitvoer in de actuele weegeenheid „P4.3 Cntb” ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒ bevestigen * Met de pijltjestoetsen ( ) kan er uit volgende instellingen een keuze gemaakt worden Cntb no Functie gedeactiveerd...
15.4.4 Instelling gegevensuitvoertype handmatig/automatisch„P4.4 rEPL” ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒ bevestigen * Met de pijltjestoetsen ( ) kan er uit volgende instellingen een keuze gemaakt worden rEPl no Handmatige uitvoer na het indrukken van de PRINT-toets rEPl yes...
15.4.5 Instelling gegevensuitvoer bij stabiele/instabiele weegwaarde „P4.5 PStb” (enkel modellen in niet ijkbare instelling) ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ herhaaldelijk indrukken ⇒ ⇒ zo vaak indrukken totdat de gewenste instelling verschijnt ⇒ bevestigen * Met de pijltjestoetsen ( ) kan er uit volgende instellingen een keuze gemaakt worden PStb no Uitvoer ook bij instabiele weegwaarde...
15.4.6 Invoer minimumgewicht voor automatische uitvoer„P4.6 Lo” Een weegwaarde verschijnt automatisch wanneer de actuele weegwaarde boven het ingevoerde minimumgewicht ligt. De volgende weegwaarde wordt pas uitgevoerd wanneer de weegwaarde intussen tot onder de ingevoerde gewichtswaarde gedaald ⇒ ⇒ Herhaaldelijk indrukken ⇒...
Stabiliteitsindicator: Opvulteken, indien stabiel ? indien niet stabiel ^ indien te hoge belasting v indien te lage belasting Bewerkingsteken: Opvulteken indien positief Minusteken indien negatief Gewicht: 9 karakters, rechts uitgelijnd Eenheid: 3 karakters, links uitgelijnd 15.5.2 PC-gestuurde uitvoer Ontvangstbevestiging van de weegschaal na het zenden van een afstandsbediend commando: Aanwijzing XX_A CR LF...
16 Foutmeldingen Fout startgewicht Er1 Hi Er2 nuLL Waarde onder het toegestane gebied Er3 FuL1 Waarde boven het toegestane gebied Weegbereik overschreden Er4 FuL2 Waarde buiten het toegestane gebied Er5 rout bijvoorbeeld tarrawaarde <= 0, Referentiegewicht = 0 Terugstellen op nul/tarreren niet mogelijk omdat stabiele Er7 tout weegwaarde nog niet bereikt is Invoer buiten het gebied...
18 Kleine hulp bij pannes In geval van een storing in het verloop van het programma dient de weegschaal even uitgeschakeld en van het stroomnet verbroken te worden. Met het weegprocédé moet men dan terug vanaf het begin van start gaan. Hulp: Storing Mogelijke oorzaak...