KERN PLJ-GM Versie 1.2 03/2013 Gebruiksaanwijzing Elektronische precisieweegschaal Inhoudsopgave Technische gegevens..................4 Verklaring van overeenstemming ..............5 Grondopmerkingen (algemene informatie) ..........6 Gebruik volgens bestemming ....................6 Afwijkend gebruik ........................6 Garantie ............................. 6 Toezicht over controlemiddelen ..................... 7 Veiligheid grondrichtlijnen ................7 Richtlijnen van de gebruiksaanwijzing nakomen ..............
Pagina 3
Gebruikersmenu ..................20 Toetsenbordoverzicht in het menu ..................21 Het menu opvragen / terug naar de weegmodus ..............21 8.2.1 Het menu opvragen ........................21 8.2.2 Opslaan / terug naar de weegmodus ..................22 Wegen ............................22 8.3.1 Vereenvoudigd wegen ......................22 8.3.2 Standaard weegeenheid ......................
1 Technische gegevens KERN PLJ 600-2GM PLJ 6000-1GM Afleesbaarheid (d) 0,01 g 0,1 g Weegbereik (max.) 600 g 6 kg Tarrabereik (subtractief) 600 g 6 kg Reproduceerbaarheid 0,02 g 0,2 g Liniariteit 0,02 g 0,2 g Minimaal elementengewicht bij 0,01 g...
3 Grondopmerkingen (algemene informatie) 3.1 Gebruik volgens bestemming De door u aangekochte weegschaal dient ter bepaling van het gewicht (de weegwaarde) van het gewogen materiaal. Hij dient te worden beschouwd als een “niet-zelfstandige weegschaal” d.w.z. de gewogen voorwerpen dienen met de hand voorzichtig te worden geplaatst in het midden van het weegplateau.
3.4 Toezicht over controlemiddelen In het kader van kwaliteitsverzekeringssysteem dienen regelmatig technische meeteigenschappen weegschaal eventueel beschikbare controlegewichten te worden gecontroleerd. Daarvoor dient de bevoegde gebruiker een juist tijdsinterval als ook aard en omvang van dergelijke controle te bepalen. Informatie betreffende toezicht over controlemiddelen zoals weegschalen als ook over noodzakelijke controlegewichten zijn toegankelijk op de website van de firma KERN (www.kern-sohn.com).
Verpakking / retourvervoer Alle delen van de originele verpakking dienen te worden behouden voor het geval van eventueel retourvervoer. Alleen originele verpakking bij retourvervoer gebruiken. Vóór versturen dienen alle aangesloten kabels en losse/bewegende onderdelen te worden afgekoppeld. ...
Pagina 9
Alle delen, bv. het glazen windscherm, het weegplateau, de netadapter, e.d. dienen voor uitglijden en beschadiging te worden beveiligd. Netadapter Weegschaalplateau (128 x 128 mm) Drager Weegschaalplateau Weegschaalplateau (195 x 195 mm) PLJ-GM-BA-nl-1312...
6 Uitpakken, installeren en aanzetten 6.1 Plaats van installatie, gebruikslocatie De weegschalen zijn op dergelijke manier geconstrueerd dat er in normale gebruiksomstandigheden geloofwaardige weegresultaten worden bereikt. De keuze van juiste locatie van de weegschaal verzekert een precieze en snelle werking. Daarom dient men bij keuze van plaats van installatie volgende regels in acht te nemen: de weegschaal op stabiele, even oppervlakte plaatsen;...
6.2.1 Transportbeveiliging verwijderen De transportbeveiliging onderaan de weegschaal (zie afb.) verwijderen. 6.2.2 Instelling De weegschaal waterpas zetten met schroefvoeten, de luchtbel in de libel (waterpas) moet zich in het aangetekende bereik bevinden. 6.2.3 Leveringsomvang Serietoebehoren: Weegschaal Weegschaalplateau Netadapter Gebruiksaanwijzing Bedrijfsdeksel Haken voor onder de vloer (enige model PLJ 6000-1GM) 6.3 Contactdoos Elektrische voeding gebeurt door een externe netadapter.
6.5 Eerste ingebruikname Om precieze weegresultaten met behulp van elektronische weegschalen te krijgen, dienen ze een juiste werkingstemperatuur te bereiken (zie “Opwarmingstijd”, hoofdstuk 1). Tijdens de opwarming moet de weegschaal elektrisch gevoed worden. De juistheid van de weegschaal is van lokale valversnelling afhankelijk. Men dient de voorschriften van het hoofdstuk "Justeren”...
6.6.1 Automatisch justeren met intern gewicht Met behulp van ingebouwd kalibratiegewicht kan men op elk moment de weegschaalprecisie controleren en instellen. De functie automatisch justeren is altijd actief. Het justeren kan ook op elk ogenblik worden gestart door de toets CAL te drukken. Automatisch justeren wordt gestart: indien de weegschaal van het netwerk werd gescheiden, bij temperatuurwijziging,...
6.6.4 Verloop van het justeren gestuurd door tijd: Automatisch justeren wordt na verloop van 3 uur gestart. De melding “CALib” verschijnt. Het justeerproces wordt gestart en de melding “CAL-C” verschijnt. voltooid justeerproces wordt weegschaal automatisch terug naar de weegmodus gezet. 6.6.5 Handmatig justeren met intern gewicht TARE In de weegmodus de toets...
6.7 IJking Algemene informatie: Conform de Richtlijn 90/384/EEG moeten de weegschalen worden geijkt indien ze als volgt worden gebruikt (door de wet bepaalde omvang): a) bij verkoop, indien de productprijs door wegen wordt bepaald; b) bij vervaardiging van medicijnen in apotheken als ook bij analyses in medische en farmaceutische laboratoria;...
Wegen onder de vloer Wegen onder de vloer maakt het mogelijk om de voorwerpen te wegen die vanwege hun grootte of vorm niet op de schaal kunnen worden gesteld. Men dient als volgt te handelen: De weegschaal uitzetten. De dop in de onderbouw van de weegschaal afnemen. De haak voor wegen onder de vloer voorzichtig en geheel ophangen.
7 Bedrijf 7.1 Bedienelementen 7.1.1 Verlichte achtergrond van de display 7.1.2 Toetsenbordoverzicht Toets Functie In-/uitschakelen Functietoetsen (keuze van de bedrijfsmodus) Uitgave van de gewichtswaarde naar de PRINT randapparatuur (printer of computer) De gewichtsaanduiding op nul zetten Tarreren TARE Handmatig justeren starten TARE PLJ-GM-BA-nl-1312...
Nadat de weegschaal wordt aangezet, wordt de zelfdiagnose doorgevoerd. Tijdens de zelfdiagnose verschijnen eerst alle aanduidingelementen. Vervolgens verschijnt de programmaversie. Na aanduiding –test- verschijnt de melding SLA die het gebruik van een opgeladen accu aanduidt. 7.1.3 Aanduidingoverzicht Aanduiding Beschrijving Filterinstelling bAud Snelheid van de interface RS 232 Optellen...
Pagina 19
Tolerantie +/- ten opzichte van het referentiegewicht; Invoer van de bovenste grens of het gewicht onder de tolerantie Tolerantie +/- ten opzichte van het referentiegewicht; Het gewicht bevindt zich binnen de opgegeven grenzen Max. Tolerantie +/- ten opzichte van het referentiegewicht;...
8 Gebruikersmenu Het gebruikersmenu bestaat uit zes hoofdmenu’s (P1 – P6) die als volgt in submenu’s zijn onderverdeeld: P1 rEAd 1.1 FiL Filterinstelling 1.2 Auto Auto-Zero 1.3 tArA Tarreerfunctie 1.4 Fnnd Gemiddelde weegwaarde opmaken P2 Prnt 2.1 Pr_n StAb Type van de gegevensuitgave instellen 2.2 S_Lo Minimaal gewicht invoeren 2.3 bAud...
8.1 Toetsenbordoverzicht in het menu Toets Functie Naar het hoofdmenu PRINT De toetsen tegelijk drukken. De beginwaarde van tarra invoeren TARE De oplaadstand van de batterij/ accu aflezen TARE Omschakelen tussen de bruto en netto TARE PRINT gewichtswaarde De functie verlaten, zonder opslag Sprong naar een hoger niveau in het menu Keuze van de menuparameters De parameterwaarde wijzigen...
8.2.2 Opslaan / terug naar de weegmodus De ingevoerde wijzigingen worden in het weegschaalgeheugen pas in het opslagproces gememoriseerd. Daarvoor de toets meermals drukken totdat op de display de vraag SAuE ? verschijnt. PRINT Door de toets te drukken worden de ingevoerde wijzigingen opgeslagen. Om de wijzigingen te wissen de toets drukken.
8.3.2 Standaard weegeenheid De gekozen weegeenheid blijft ook gememoriseerd nadat de weegschaal van het netwerk wordt gescheiden. Bediening: Aanduiding: 0.00 g De weegschaal met de toets aanzetten. PRINT P1.rEAd De toetsen tegelijk drukken. De toets P3.Unit meermals drukken totdat het menu P3.Unit verschijnt.
8.4 Tarreren Het eigen gewicht van de container gebruikt voor weging kan worden getarreerd door de toets te drukken, waardoor bij volgende weegprocessen het nettogewicht van het gewogen materiaal verschijnt. Bediening: Aanduiding: De weegschaal met de toets aanzetten. De weegschaal is paraat direct nadat de 0.00 g gewichtsaanduiding “0.00”...
8.5 P4 Func - Bedrijfmodi In het menu “P4 Func” kunnen functies worden geactiveerd of gedeactiveerd die vervolgens aan de gebruiker toegankelijk worden gemaakt. Alle geactiveerde bedrijfmodi kunnen direct worden opgevraagd met de toets F. Het menu P4 Func opvragen : Bediening: Aanduiding: Beschrijving:...
Pagina 26
Functie van de De toets drukken. topwaarde Optelfunctie De toets drukken. AnLS Functie dieren wegen De toets drukken. Beginnende tArE De toets drukken. tarrawaarde PRINT De instellingen met de toets bevestigen. Het apparaat keert naar het submenu 4.1.FFun terug.
8.5.1 Instellingen in de menupunt P4.1 FFun als “ALL” Hier worden menupunten gekozen die vervolgens met de toets kunnen worden no – de functie is niet toegankelijk. gekozen. YES – de functie is toegankelijk. Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P4 Func TARE 4.1.FFun...
8.6 P5 othr – Bedrijfsparameters Hier kunnen parameters worden ingesteld die op de bediening van de weegschaal invloed hebben, bv. de verlichte achtergrond en de toetsengeluiden. 8.6.1 De verlichte achtergrond bij bedrijf in netmodus Mogelijke instellingen: verlichte achtergrond uit; verlichte achtergrond aan; Auto de verlichte achtergrond wordt automatisch na 20 seconden uitgeschakeld, indien de aanduiding geenszins verandert.
8.6.2 De intensiteit van de verlichte achtergrond bij bedrijf met accuvoeding Om de afleesbaarheid en het energiegebruik te optimaliseren, kan de intensiteit van de verlichte achtergrond binnen het bereik van 0 tot 100% worden aangepast. Door een lagere intensiteit wordt de bedrijfstijd van de accu’s verlengd. Tijdens bedrijf met accuvoeding wordt de verlichte grond automatisch na 10 minuten zonder aanduidingwijziging uitgeschakeld.
8.6.3 Het toetsenbordgeluid bij ingedrukte toets bEEP no het toetsenbordgeluid is uit; bEEP YES het toetsenbordgeluid is aan. Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P5 othr TARE 5.1.bl De toets drukken. De toets 5.3.bEEP meermals drukken totdat op de display de volgende aanduiding verschijnt.
8.6.4 Automatisch uitschakelen uitschakelen van de weegschaal indien binnen 5 minuten geen weging wordt verricht; de weegschaal wordt niet uitgeschakeld. Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P5 othr TARE 5.1.bl De toets drukken. De toets 5.4.t1 meermals drukken totdat op de display de volgende aanduiding verschijnt.
8.6.6 Oplaadaanduiding Dankzij deze functie is het mogelijk om de oplaadfunctie te verbergen. Daardoor wordt het mogelijk om het korte aflezen van het accusymbool te verbergen indien de weegschaal zonder batterij of accu werkt. (voeding van de netadapter) De voedingmanier verschijnt tijdens het aanzetten: SLA: CHr6 de functie is geactiveerd /de SLA-accu wordt gebruikt...
8.7 P1 rEAd – Basisinstelling 8.7.1 Filterinstelling Hier kan de weegschaal aan bepaalde omgevingsomstandigheden en meetdoeleinden worden aangepast. filter uit; filterstappen: gevoelig en snel (zeer rustige locatie); niet gevoelig maar traag (zeer onrustige locatie). Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P1 rEAd TARE 1.1.Fil...
8.7.2 Auto-Zero Dankzij deze functie wordt het mogelijk om kleine gewichtschommelingen te tarreren, Indien de hoeveelheid gewogen materiaal enigszins verminderd of vergroot wordt, kan het in de weegschaal geplaatste “compensatie en stabilisatie” mechanisme uitlezing van foutieve weegresultaten veroorzaken! (bv. de vloeistof vloeit langzaam van de container uit die op de weegschaal is geplaatst, verdampen).
8.7.3 Functie “Tarra” Dankzij deze functie wordt het mogelijk om de tarreerfuncties individueel te kiezen: Tarra AtAr automatisch tarreren aan, wordt opgeslagen ook na uitschakelen; Tarra automatisch tarreren uit, De gebruiker kan de functie automatisch tarreren met de functie F6 AtAr aanzetten, deze blijft actief tot het uitschakelen. Tarra tArF tarreren met opslaan van de laatste tarrawaarde,...
8.7.4 Gemiddelde weegwaarde opmaken Deze filterfunctie elimineert korte wijzigingen van de weegwaarde (pulsen). Gemiddelde weegwaarde opmaken functie uit; Gemiddelde weegwaarde opmaken YES functie aan. Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P1 rEAd TARE 1.1.Fil De toets drukken. De toets 1.4.Fnnd meermals drukken totdat op de display de volgende aanduiding verschijnt.
8.8 Optellen Men kan bv. 10 gelijke elementen wegen, d.w.z. het referentieaantal is 10. Vervolgens bepaalt de weegschaal automatisch het gemiddelde gewicht van elk element. Vanaf dat moment worden de opgetelde elementen onmiddellijk als stuks afgelezen. Daarbij geldt als regel: Hoe groter het referentieaantal hoe preciezer het optellen.
Pagina 38
Verdere gedragswijze bij de keuze van de optie FrEE Willekeurig aantal referentiestuks invoeren FrEE FREE PRINT 00000 De toets drukken. TARE 00015 Met de toets de te wijzigen positie kiezen en de numerieke waarde met de toets vergroten (de actieve positie blinkt LoAD telkens).
8.9 Wegen met tolerantie Tijdens het wegen met tolerantie wordt de actuele gewichtswaarde met de onderste en de bovenste grenswaarde vergeleken. De grenswaarden dienen eerder te worden opgeslagen. Nadat bv. gerede verpakkingen worden opgelegd, verschijnt de informatie of het gewicht zich binnen de toegelaten tolerantie bevindt. Bediening: Aanduiding: ...
PRINT Met de toets bevestigen, de waarde “0.0” en het 0.0 g blinkende symbool “Min” verschijnen. De gecontroleerde voorwerpen opleggen, het opgegeven tolerantiebereik verschijnt als “Min”, “OK” en “Max”. De ingevoerde waarde van de bovenste tolerantiegrens dient groter te zijn dan de onderste tolerantiegrens.
PRINT Met de toets bevestigen, de waarde “100.00%” verschijnt. 100.00 % Het gecontroleerde voorwerp opleggen, het gewicht verschijnt in %. 56,9 % 35.8 g Nadat de toets wordt gedrukt, keert het apparaat terug naar de weegmodus. (voorbeeld) 8.10.2 Het referentiegewicht door numerieke invoer bepalen Bediening: Aanduiding:...
8.11 Automatisch tarreren Deze functie is voorzien voor snelle bepaling van het nettogewicht indien de tarrabelasting bij elke weging verandert. Bediening: Aanduiding: Menupunt P4 Func kiezen P4 Func TARE 4.1.FFun De toets drukken. TARE De toets drukken, het laatst ingestelde, blinkende menupunt verschijnt.
8.12 Maximale gewichtswaarde opslaan Deze functie wordt gebruikt voor bepaling van het maximale gewicht. Het maximale gewicht wordt daarbij afgelezen en opgeslagen. Indien het gewicht vermindert, de maximale waarde wordt steeds afgelezen. Bediening: Aanduiding: Menupunt P4 Func kiezen P4 Func TARE 4.1.FFun ...
8.13 Optelfunctie Door deze functie is het mogelijk om veel enkelvoudige wegingen bij elkaar te tellen tot een totaal. Bediening: Aanduiding: Menupunt P4 Func kiezen P4 Func TARE 4.1.FFun De toets drukken. TARE De toets drukken, het laatst ingestelde, blinkende menupunt verschijnt.
8.14 Functie dieren wegen De functie dieren wegen kan bij onrustige wegingen worden gebruikt. Binnen een bepaald tijdsinterval wordt een gemiddelde waarde van de weegresultaten geschapen. Hoe onstabieler het gewogen materiaal, hoe langer tijdsinterval dient te worden gekozen. Bediening: Aanduiding: ...
8.15 De beginwaarde van tarra opslaan Door deze functie wordt het mogelijk het gewicht van de tarracontainer op te slaan. Na uit- en aanzetten werkt de weegschaal steeds met de gememoriseerde tarrawaarde. Bediening: Aanduiding: Menupunt P4 Func kiezen P4 Func TARE 4.1.FFun ...
8.15.1 De beginwaarde van tarra uit het geheugen opvragen Bediening: Aanduiding: tArE 0 De functie van voortarreren met de toets opvragen. tArE 1 Met de toets de geheugencel kiezen waar de (voorbeeld) beginwaarde van tarra opgeslagen dient te worden. -5.0 g PRINT ...
Interface RS 232 C 9.1 Technische gegevens 7 / 8 gegevensbit, 1 / 2 stopbits, geen / even / oneven pariteitsbit; gekozen transmissiesnelheid: 2400, 4800, 9600 , 19200 en 38400 baud; miniatuurstekker (9-pin, D-Sub) vereist; een storingvrij interfacebedrijf wordt enkel verzekerd bij toepassing van een juiste interfaceleiding van de firma KERN (max.
Betekenis van de instellingen: StAb gegevensuitgave indien de weegwaarde stabiel is (de toets PRINT); rEPL de functie van automatische gegevensuitgave; CntA constante gegevensuitgave in standaard weegeenheid; Cntb constante gegevensuitgave in de actuele weegeenheid. 9.3 Het minimale gewicht voor sommige functies invoeren Het minimale gewicht heeft invloed op de volgende functies: Automatisch tarreren: Om deze functie op te vragen dient het gewicht op het weegschaalplateau onder de opgegeven gewichtswaarde te worden verlaagd om...
9.4 Transmissiesnelheid van de interface RS232 De transmissiesnelheid wordt als volgt ingesteld: Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P2 Prnt TARE 2.1.Pr_n drukken, het menu “2.2.Pr_n” verschijnt. De toets De toets 2.3. bAud zo vaak drukken totdat het menu 2.3.
9.5 Parameters van de interface RS232 Bediening: Aanduiding: Keuze van de menupunt P2 Prnt TARE 2.1.Pr_n De toets drukken, het menu “2.2.Pr_n” verschijnt. De toets 2.4. S_rS zo vaak drukken totdat het menu 2.4. S_rS verschijnt. TARE 8d1SnP ...
9.6 Communicatieprotocol / bevelen van afstandbediening Tabel 1: Overzicht van de instructie van de interface RS232 Instructie: Betekenis van de instructie: De gewichtsaanduiding op nul zetten Tarreren De stabiele waarde in de standaard weegeenheid versturen De gewichtswaarde in de standaard weegeenheid versturen De stabiele gewichtswaarde in de standaard weegeenheid versturen De stabiele gewichtswaarde in de actuele weegeenheid...
Formaat van de gegevensset: Instru Spatie / Stabilisat Spaties Waard Gewicht Spaties Eenhei ctie instructie. 3. ieaandui eteken teken ding Instructie: 1. tot 3 tekens Ingeval van een 3-teken-instructie wordt de volgende spatie gebruikt. Ingevolge daarvan blijft de lengte van de gegevensset ongewijzigd. Spatie –...
9.6.3 Constante uitgave De weegschaal kan in de modus van constante uitgave van de weegresultaten werken. Deze modus kan aan en uit worden gezet door de interface RS232 met behulp van een bevel. Formaat van de gegevensset: 7-15 Spaties Stabilisati Spatie Waar Gewi...
10 Foutmeldingen “Err2”: De waarde buiten het nulbereik “Err3”: De waarde buiten het tarrabereik “Err4”: Het kalibratiegewicht buiten het toegelaten bereik (+/- 1% voor het kalibratiegewicht) “Err5”: Het stukgewicht kleiner dan de afleesbaarheid “Err8”: De tijd tijdens tarreren/ op nul zetten overschreden “NULL”: Niet voldoende belasting “FULL2”:...
12 Hulp bij kleine storingen Bij storingen van programmaloop dient de weegschaal kort te worden uitgeschakeld en van netwerk gescheiden. Vervolgens het weegproces opnieuw starten. Hulp: Storing Mogelijke oorzaak Gewichtsaanduiding brandt De weegschaal staat niet aan. niet. Onderbroken verbinding met het netwerk (voedingskabel niet aangesloten/beschadigd).