Hoofdstuk 5: Overzicht
Visuele inspectie
• Voer een visuele inspectie van de pomp uit op beschadiging
van het LCD-scherm, de afdichtingen van de occlusiesensor,
de kleppen en uitstoter, de scharnieren van het reservoir, het
slot, het toetsenbord, het indicatielampje, de netstroom-
aansluiting, de accessoire-aansluiting, de luchtdetector en de
behuizing.
• Controleer of het batterijklepje goed functioneert. Het mag
niet gebroken zijn. De in elkaar grijpende lipjes op het
pomphuis mogen niet gebroken zijn.
• Controleer de batterijruimte op beschadiging. Als de contac-
ten van de batterij tekenen van corrosie vertonen, moeten ze
met een wattenstaafje en isopropylalcohol worden gereinigd
(zie de aanwijzingen in De batterijcontacten reinigen). Als de
contacten van de batterij gebogen of ingedrukt zijn, kunt u
ze mogelijk rechtmaken met een schroevendraaiertje of
ander hulpmiddel. Zorg ervoor het pomphuis niet te bescha-
digen en de contacten niet verder te beschadigen.
Mechanische inspectie
• Druk op alle toetsen op het toetsenbord. Elke toets moet
duidelijk gewelfd aanvoelen. De toetsen mogen niet plat
aanvoelen.
• Bevestig de batterijklep op de batterij. De batterijklep moet
goed passen wanneer hij op de pomp is gesloten.
• Breng een Medication Cassette
of een CADD
of het slot goed werkt en goed "aanvoelt" wanneer het
reservoir of de toedieningsset stevig tegen de onderkant van
de pomp wordt getrokken. De streep op het slot moet op
één lijn staan met de pijl aan de zijkant van de pomp.
66
™
®
toedieningsset aan op de pomp. Controleer
-reservoir van 50 of 100 ml