Wanneer de pomp stilstaat:
Modus van
de pomp
Slotniveaus
Slotniveaus worden toegepast om de toegang van de patiënt tot
bepaalde programmerings- en bedieningsfuncties te beperken. In de
tabel op de volgende pagina staan de functies die toegankelijk zijn
bij slotniveau 0 (LL0), niveau 1 (LL1) en niveau 2 (LL2). Wanneer
een functie toegankelijk is, klinkt een pieptoon wanneer op de
betreffende toets wordt gedrukt. Wanneer een functie niet toeganke-
lijk is, reageert de pomp niet en klinkt er geen pieptoon als op de
toets wordt gedrukt. In hoofdstuk 2, Instellen en programmeren van
de pomp, wordt beschreven hoe een slotniveau kan worden gewij-
zigd.
Veiligheidscodes
De volgende veiligheidscodes zijn door de fabrikant ingesteld voor
gebruik door de arts:
** Tekst die uit de online versie is weggelaten. **
WAARSCHUWING: De veiligheidscodes van de pomp en
andere informatie waardoor de patiënt toegang tot alle
programmerings- en bedieningsfuncties zou krijgen, mogen
niet aan de patiënt kenbaar worden gemaakt. Onjuiste
programmering kan de dood of ernstig letsel van de patiënt
tot gevolg hebben.
Hoofdstuk 1: Algemene beschrijving
STOP
9