De foutcorrectiemodus voor faxen instellen
Gewoonlijk worden de signalen van de telefoonlijn gecontroleerd tijdens het verzenden of
ontvangen van een fax. Als er een fout wordt ontdekt tijdens de verzending en de
foutcorrectie is ingesteld op Aan, kan door het apparaat worden gemeld dat een gedeelte
van de fax opnieuw moet worden verzonden. De fabrieksinstelling voor foutcorrectie is Aan.
Schakel deze optie alleen uit als u problemen hebt met het verzenden of ontvangen van een
fax en u de fouten tijdens de overdracht wilt accepteren. U kunt deze functie bijvoorbeeld
uitschakelen wanneer u een fax wilt verzenden naar of ontvangen uit het buitenland of via
een satellietverbinding.
De instelling foutcorrectie wijzigen
1. Op het bedieningspaneel van het apparaat drukt u op
2. Gebruik de knop
3. Gebruik de knop
4. Gebruik de knop
5. Gebruik de knop
NLWW
<
of
>
<
of
>
<
of
>
<
of
>
te slaan.
om Faxinstellingen te selecteren en druk vervolgens op
om Alle faxen te selecteren en druk vervolgens op
om Foutcorrectie te selecteren en druk vervolgens op
om Aan of Uit te selecteren en druk op
De foutcorrectiemodus voor faxen instellen
M
.
ENU
E
E
om uw keuze op
NTER
E
.
NTER
.
NTER
E
.
NTER
115