Snelkiescodes, sneltoetsen en groepkiescodes
Veelgebruikte faxnummers of groepen faxnummers kunt u opslaan onder sneltoetsen,
snelkiescodes of groepkiescodes.
In het telefoonboek van het apparaat zijn maximaal 120 codes beschikbaar voor
snelkiescodes en groepkiescodes. Als u bijvoorbeeld 100 codes programmeert als
snelkiescodes, blijven er nog 20 codes over voor groepkiescodes.
Raadpleeg de volgende procedures voor meer informatie over het gebruik van
snelkiescodes, sneltoetsen en groepkiescodes.
Snelkiescodes en sneltoetsen programmeren
Snelkiescodes 1 tot en met 5 corresponderen ook met de sneltoetsen op het
bedieningspaneel. De sneltoetsen kunnen worden gebruikt voor snelkiescodes of
groepkiescodes. U kunt maximaal 50 tekens invoeren per faxnummer.
Snelkiescodes, sneltoetsen en groepkiescodes kunnen gemakkelijker worden
Opmerking
geprogrammeerd via de software. Raadpleeg de on line Help bij de HP Werkset voor
informatie over het programmeren van snelkiescodes, sneltoetsen en groepkiescodes met
de HP Werkset.
Voer de volgende stappen uit om snelkiescodes en sneltoetsen vanaf het bedieningspaneel
van het apparaat in te stellen:
1. Op het bedieningspaneel van het apparaat drukt u op
2. Gebruik de knop
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Gebruik de alfanumerieke toetsen om de snelkiescode die u aan het faxnummer wilt
Als u een faxnummer invoert, drukt u op
Opmerking
verschijnt als u een pauze in de kiesreeks wilt invoegen of op
dat het apparaat wacht op een kiestoon.
7. Voer het faxnummer in met de alfanumerieke knoppen. Vergeet niet om eventuele
8. Druk op
9. Voer een naam in voor het faxnummer met behulp van de alfanumerieke knoppen. Druk
Als u leestekens wilt invoeren, drukt u herhaaldelijk op de asterisk-knop (*) totdat het
Opmerking
gewenste teken verschijnt. Vervolgens drukt u op de knop
gaan.
10. Druk op
NLWW
<
of
>
E
om Adresboek te selecteren.
NTER
E
om Ind instellingen te selecteren.
NTER
E
om Toevoegen te selecteren.
NTER
toewijzen in te voeren en druk vervolgens op
5 kiest, wordt het faxnummer aan de corresponderende sneltoets toegewezen.
pauzes en andere noodzakelijke nummers in te voeren, zoals het kengetal, een
toegangscode voor nummers buiten een PBX-systeem (meestal een 9 of 0) of een
kengetal voor internationaal bellen.
E
.
NTER
een aantal keren op de alfanumerieke knop voor de gewenste letter, totdat deze wordt
weergegeven. (Zie
Tekens gebruiken
E
om de selectie op te slaan.
NTER
om Faxinstellingen te selecteren en druk vervolgens op
E
P
/O
AUZE
PNIEUW KIEZEN
voor een overzicht van de tekens.)
Snelkiescodes, sneltoetsen en groepkiescodes
M
.
ENU
. Als u een nummer van 1 tot en met
NTER
totdat een komma (,)
*
totdat W verschijnt als u wilt
>
om naar de volgende spatie te
E
.
NTER
99