Monteren en aansluiten
Bevestigingsafmetingen
24
Vertaling van de originele bedienings- en installatie-instructies, nederlands, KNF 318761-343752
6 Monteren en aansluiten
Installeer de pompen alleen volgens de bedrijfsparameters en -voorwaar-
den die in hoofdstuk 3 Technische gegevens worden beschreven.
à
Neem de veiligheidsinstructies (zie hoofdstuk Veiligheid) in acht.
Gevaar van gevaarlijke gasmengsels bij gebruik
van de pomp
Afhankelijk van het getransporteerde medium, kan
bij een breuk van de componenten die in contact
GEVAAR
komen met media een gevaarlijk mengsel ont-
staan als het medium zich met de lucht in de com-
pressorbehuizing of de omgeving vermengt.
6.1 Pomp monteren
à
Sla de pomp vóór de montage op de installatieplaats op om deze op
omgevingstemperatuur te brengen (er mag geen condensatie optre-
den).
à
Bevestigingsafmetingen, zie de volgende afbeeldingen:
Afb.9 Bevestigingsafmetingen N630.12 (draaistroommotor)
à
Controleer vóór het gebruik van een medium
de compatibiliteit van de componenten die in
contact komen met media (zie 3 Technische
gegevens) met het medium.
membraanpomp N630.12
12/22