Ti90, Ti95, Ti100, Ti105, Ti110, Ti125, TiR105, TiR110, TiR125
Gebruiksaanwijzing
TiR-modus
Geldt voor: Ti105, Ti110, Ti125
De TiR-modus (warmtegevoeligheid) drukt de mogelijkheid van een
infraroodcamera uit om een zeer goed beeld weer te geven ondanks dat het
thermische contrast in een bepaalde scène laag is. Een camera met een goede
gevoeligheid kan in een scène objecten van elkaar onderscheiden die een zeer
gering onderling temperatuurverschil hebben.
Gevoeligheid wordt meestal gemeten door middel van een parameter die Noise
Equivalent Temperature Difference of NETD wordt genoemd. NETD wordt
gedefinieerd als de hoeveelheid infrarode straling die nodig is om een
uitgangssignaal te produceren dat gelijk is aan de ruis in het systeem. De
hoeveelheid ruis in het systeem dient zo laag mogelijk te zijn.
Stel de TiR-modus als volgt in:
1.
Druk op .
2.
Druk op / om Beeld te markeren.
3.
Druk op of om het menu weer te geven.
4.
Druk op / om de TiR-modus te markeren.
5.
Druk op of om het menu weer te geven.
6.
Druk op / om de waarde te wijzigen.
7.
Druk op:
om de wijziging te accepteren en terug te keren naar de live
•
weergave.
of om de wijziging in te stellen en terug te keren naar het
•
vorige menu.
om de wijziging te annuleren en terug te keren naar de live
•
weergave.
Als de TiR-modus is ingeschakeld, worden beelden verbeterd met de
verbetering van de beeldhelderheid van live scanobjecten. Deze modus wordt
gebruikt bij toepassingen met betrekking tot de bouwschil, zoals dak-,
restauratie- en herstelwerkzaamheden. De reactietijden worden in deze modus
langer (lagere verversingssnelheid) en het maximale temperatuurbereik is
lager.
Als de TiR-modus is ingeschakeld, wordt het beeld sneller vager
wanneer het object beweegt. De beeldverbetering is niet mogelijk bij
beelden die reeds zijn opgenomen.
28
Opmerking